dinsdag 28 oktober 2008

Van Seoul naar Jeju eiland

Zondagavond ben ik dan terug in Seoul aangekomen. Ik ben opnieuw naar Beewon guesthouse geweest, het laatste guesthouse waar ik vorige keer in Seoul verbleven ben.

Maandagmorgen heb ik dan eerst gebeld naar het reisbureau om te horen wat de situatie van het chinese visum was. Ik belde met de telefoon van de receptie van het hotel en moest hiervoor niets betalen, wat ik erg apprecieerde (ik vind het eigenlijk niet erg om er iets voor te betalen, maar bel niet graag vanuit een publieke telefooncel met muntjes: voor je het weet is de beltijd op of je vergeet munten bij te steken of je hebt er geen meer en de verbinding valt weg midden in het gesprek en je moet opnieuw bellen). Het was dus allemaal in orde met het chinese visum, tot mijn grote vreugde! Ze hadden mijn email eerder niet beantwoord, omdat het meisje waarnaar ik de email gestuurd had net twee dagen met verlof was geweest, wat ik al min of meer had vermoed. Enfin, ik had enkel een pasfoto, mijn reispas en een formuliertje in te vullen, een vriendelijke bijdrage van 60000 won te betalen en een weekje te wachten en twas in de sjakosj! Anders dan wat ik van sommige anderen in andere landen gehoord had, nl. dat ze op dit tijdstip zo lang na de olympische spelen nog altijd hotelreservaties of vliegtickets of dergelijke moesten voorleggen... Enfin, ik heb dan van mijn dag geprofiteerd en ben nog eens een berg gaan beklimmen, een beetje ten noorden van Seoul, eigenlijk maar 800 en een sjiek hoog, in Bukhansan Nationaal Park, een van de meest bezochte natuurparken ter wereld dankzij de nabijheid bij Seoul. Ik had maar de metro te nemen en dan een bus te nemen en hups, ik was er. Het was weer aangenaam om te ontdekken dat de ingang gratis was gemaakt! Net zoals de meeste natuurwandelpaden die ik hier al in Korea betreden heb, was het pad (volgens mij) geen natuurlijk pad, maar een aaneenschakeling van stenen die daar gelegd zijn om een wandelpad te vormen, waarvan het grootste deel van de beklimming bestond uit trappen van steen beklimmen. Op zich vind ik zo'n pad wel wat monotoon. Ik vermoed dat het vooral de populairste paden zijn die volledig uit steen bestaan en dat minder begane wegen misschien nog wat meer afwisseling tussen steen en aarde bevatten. Dit terzijde genomen, was het scenario indrukwekkend. Wederom de herfstkleuren en dan daarbij nog eens die granieten rotsen aan de top. Op het einde van de beklimming van Baekundae (als ik me de naam goed herinner) waren er stalen kabels geplaatst om te helpen en voor de veiligheid. Vanop de top was Seoul te zien en de tv toren. Het was een heel heldere dag. Toen ik gedaan had met daar wat te eten, donderde er opeens een bril, brillenkas en doekje van een of andere jonge Koreaanse vrouw naar beneden. Er zat redelijk veel volk, maar aangezien niemand meteen reageerde, ging ik er maar zelf achter voordat het doekje helemaal wegwaaide. Het was redelijk steil, maar nu ook geen afgrond. Een Koreaantje van beneden gaf me uiteindelijk de bril zelf aan, want die was nog een verdiepinkje lager getuimeld. Toen ik terug naar boven kwam, kreeg ik een hartelijk applaus ;-) en een groep Koreaanse mannen boden me een mandarijn aan en bevroren bier en iedereen was precies opeens geinteresseerd om met mij te babbelen en de groep van vrouwen bood me een appel aan (maar ik had net mijn eigen appel opgegeten) en we maakten een praatje en trokken wat foto's. Zou ze zelf haar bril mogen zijn gaan oprapen als ik daar niet was geweest? Op zo'n vraag kun je nooit het antwoord weten, maar de kans zit er wel in. Ik weet niet wat veel andere mensen tegenhoudt, maar persoonlijk vind ik zo'n dingen maar een kleine moeite die trouwens niets kosten en als je zo iemand kunt helpen... Ikzelf apprecieer het trouwens ook als anderen mij helpen als er met mij iets voorvalt. Ik herinner me nu opeens ook een geval van in Rusland, aan het treinstation van Irkutsk, nabij het Baikalmeer. Een oudere, zwaardere vrouw was de straat aan het oversteken met twee zware zakken met worsten en ander voedsel en ze struikelde opeens over de tramrails en geraakte niet meer recht. Ook niemand die haar hielp en met (redelijk) wat trekwerk heb ik haar weer recht geholpen. Achteraf bekeken moet dat misschien nog grappig geweest zijn om te zien ;-) Maar karma karamba, wat gebeurde er een klein uur later? Mijn eigen bril donderde naar beneden, na een paar stuiteringen van een afgrond waar ik er niet meer aankon. Foetsie! Het gebeurde toen ik bergafwaarts aan het wandelen was op een zijpad dat het hoofdpad, dat parallel verliep aan de afgrond, kruiste en mijn ogen waren naar de grond gericht om niet te struikelen over de rotsen... Mijn bril was de laatste tijd al een paar keer van mijn neus gevallen eigenlijk, omdat hij te weinig spande op mijn hoofd. Ik was in Seoul kort ervoren naar een brillenzaak geweest, waar ze het wat hadden proberen bij te spannen, maar dat was niet goed gelukt, omdat mijn brilmontuur eigenlijk versleten was. In het bijzonder de linkerkant was versleten: doordat er een beetje te veel afgesleten was aan een hoekje, scharnierde de linkerkant veel verder naar buiten dan nodig en stond hij niet meer strak op mijn hoofd. Wat ben je dan met een mooie bril als hij de helft van de tijd te laag op je neus staat? Ik besloot dat ik maar eens voor lenzen ging kijken... Uiteindelijk is mijn zicht ook nog niet zodanig slecht dat ik niets meer zie en ik heb mijn wandeling nog uitgedaan. Ik wilde een driehoekig pad afleggen om toch een redelijke wandeling die dag te kunnen doen, een route die ik had gezien in een Lonely Planet Seoul reisboek, dat een ander koppel westerlingen bij zich had op de bus naar het park. Maar ik had zelf geen deftige kaart van het park en geen deftige routebeschrijving hiervan. Dus ik probeerde het te stellen met de informatiekaarten in het park en met de naam van een van de hoekpunten die ik me nog herinnerde, maar eigenlijk wist ik op het einde niet meer waar ik was en binnen anderhalf uur ging het donker worden. Maar ik maakte me niet te veel zorgen, want de stad was toch nabij en vanop de toppen altijd te zien. Eigenlijk was het rustgevend om eindelijk niet te veel volk meer tegen te komen tijdens het wandelen. Ik kwam dan bij een huizetje terecht in het bos en probeerde de weg te vragen aan een oud vrouwtje dat daar leefde, maar veel wijzer geraakte ik er niet uit. Ze wilde me te eten geven en deed verschillende keren gebaren dat ik naar binnen moest komen om iets te eten, maar ik toonde haar mijn sandwich in mijn rugzak en vertelde haar dat ik snel moest zijn, want dat ik nog in Seoul moest geraken. Toen zag ik een jongeman wandelen en vroeg hem waar ik naar de bus kon geraken en toen bleek dat hij er zelf naar op weg was en ben ik hem maar heel de weg gevolgd, nog meer dan een uur stappen. Hij bleek een militair te zijn die een dagje verlof had, maar hij kon heel weinig Engels. Maar ik was blij dat hij me geholpen had.

De volgende dag, dinsdag, ben ik dan rond de middag mijn chinees visum gaan oppikken. Ik ben redelijk laat opgestaan die dag, omdat ik de vorige nacht pas erg laat ben gaan slapen. Ik had van de gelegenheid gebruik gemaakt om al mijn foto's van Korea te ordenen, zodat ik ze eens kon uploaden. Als ik daarmee moet wachten tot ik thuis ben, dan komt het er misschien niet meer van... Dit klusje kan soms lang duren, omdat ik dikwijls verschillende keren hetzelfde trek, om dan zeker te zijn dat er toch op zijn minst een goede tussen zit. Uiteindelijk gooi ik er dan veel weg en hou ik de beste over, maar het duurt altijd een paar seconden tegen dat de computer een foto geladen heeft en dat is vervelend. Als ik dan ook nog eens eerst foto's negentig graden moet draaien, dan duurt het pas echt vervelend lang, toch zeker vijftien seconden of zo... Enfin, ik ben naar het reisbureau geweest die dag, heb mijn naam nog eens gecheckt op het visum en twas in de sjakosj ;-) Ik hoop alleen dat de chinezen me nog gaan herkennen als ik daar aankom: op mijn reispasfoto was mijn gezicht veel voller en op mijn recente pasfoto voor het chinese visum had ik mijn bril op die ik verloren ben... Ik ben dan op mijn gemak nog een koffie gaan drinken en heb wat zitten lezen en 's avonds ben ik dan gaan kijken voor contactlenzen. Toen ik in Itaewon het aan iemand vroeg, zeiden ze dat er een straat was met veel optiekwinkels aan de Nandaemun markt, waar het redelijk goedkoop en normaal gezien ook wel goed zou moeten zijn. Ik nam de metro naar Seoul trein station en aangezien iemand van de guesthouse me verteld had van een plaats voor contactlenzen daar, ging ik er ook een kijkje nemen. Het was in het gebouw van de Lotte supermarkt en het was een klein optiekje binnen in de supermarkt. Ze deden een oogtest en ik kwam rond de -3 uit, terwijl ik met mijn vorige bril -1.75 op mijn linker en -2 op mijn rechter had. Ik vertrouwde het niet al te echt en ging er niets kopen vooraleer ik een tweede opinie kreeg. Ik vertelde er ook dat het mijn eerste keer was met lenzen, maar hij gaf me geen enkele uitleg van hoe ze in te brengen, hoe ze eruit te halen (laat staan een keer ter plekke proberen) en ik kreeg ook geen gratis testlenzen of zo toen ik daar om vroeg... Hij was wel vriendelijk, maar twas een "trek maar je plan" service. Dacht die pipo nu echt dat ik zomaar een doos lenzen ging kopen en verder maar mijn plan ging trekken? Ik ben dan maar richting Nandaemun markt gegaan en toen ik een winkel zag die me min of meer betrouwbaar leek langs een grote weg naast de markt, ging ik er binnen. De oogtest gaf hetzelfde resultaat: mijn ogen waren dus vrij veel verslechterd in anderhalf jaar :-( Hier kreeg ik een veel betere service. De man was vrij geduldig en toen ik duidelijk maakte dat ik duizelig werd van -3 zette hij wat minder zware glazen op van -2.5 die in principe iets te licht waren om perfect te zien, maar waarmee ik me meer op mijn gemak voelde. De man legde me ook alles uit en toonde me hoe ik ze moest inbrengen en uitbrengen en zo en ik besloot lenzen te kopen die een jaar mogen gedragen worden (elke nacht wel laten reinigen in vloeistof uiteraard). Ik kreeg twee lenzen, een busje reinigingsvloeistof, 2 paar dopjes om ze snachts in te leggen en een plastic tangetje om ze daaruit te vissen, voor de ronde prijs van 40000 koreaanse won, wat met de wisselkoers van die dag uitkwam op ongeveer 23 euro... Als ik problemen had, moest ik binnen de week terugkomen en kon hij nog gratis een lens veranderen of zo. Ik vraag me af wat een paar jaarlenzen in Belgie zou kosten? Nu alleen maar hopen dat mijn ogen ze goed gaan kunnen verdragen... Ik kocht wat dumplings om te eten en ging nog eens door de straatjes van de Nandaemun markt. Echt wel een gezellige markt om s avonds eens rond te lopen. Ongelofelijk wat ze allemaal verkopen en hoe goedkoop sommige dingen hier kunnen zijn. Ik vraag me af waar we in Belgie soms allemaal voor betalen? Ik weet zeker dat ik hier veel goedkoper trekkingkledij zou vinden als in Belgie en ook goede kwaliteit, maar momenteel heb ik niet echt iets nodig op dat vlak. Behalve handschoenen en een muts, dat zou ik wel eens willen kopen als ik eraan denk, want soms begint het toch wel koud te worden hier. Op die markt zag ik nog een andere kopie van "The North Face", ditmaal was het "The Black Face". Toen ik ernaar staarde zei de verkoopster dat het de "number one" was en ik vroeg haar waarom haar vestje dan van een ander merk was ;-) In elk geval, er mogen hier dan vele merknamen te vinden zijn van trekking kledij "geinspireerd" op "The North Face" qua naam en/of logo, je vindt evengoed tal van winkels waar ze the real stuff verkopen, materiaal van echt al de grote merken, en de Koreaanse hikers zie je meer met de echte merken rondlopen dan met de kopieen (natuurlijk zal er ook wel wat namaak bij zijn waarvan ik het niet zie, maar de meesten willen echt goed materiaal en zijn echt volledig uitgerust). Ik heb dan nog wat goedkope mandarijnen op de kop getikt (tis mandarijnenseizoen in Korea naar het schijnt) en ben dan met de metro weer naar de guesthouse gegaan.

Woensdag heb ik wat verder geblogd en foto's geupload en 's avonds ben ik dan naar de ferry geweest. Ik moest hiervoor de metro nemen naar Incheon en vandaar een bus nemen naar de Ferry terminal en ik arriveerde een kwartiertje of zo voor tijd, dus dat was nipt. In de vertrekhal was het heel lawaaierig door alle Koreaanse schoolkinderen die mee gingen. Een ding was zeker: ik ging de boot allesbehalve voor mij alleen hebben! Normaal gezien was de ruimte waar ik ging slapen op de boot vol met kinderen, maar een van hun leerkrachten was heel vriendelijk en bracht me naar het bovendek waar enkel volwassenen verbleven. De ruimte was vrij vol en ik was een van de laatsten binnen gestapt, dus veel keuze voor mijn territorium bleef er niet meer over. Ik legde mijn spullen en mijn slaapgerief dan maar in de hoek vlakbij de deur. Al bij al was dat geen slechte plaats, ware het niet dat er dichtbij een aantal oudjes een hels lawaai produceerden. Ze waren een spelletje aan het spelen, een man en twee vrouwen, en iedereen moest en zou het horen wie er aan het winnen was: zelfs degenen, waaronder ikzelf, die hun oorkanalen gebarricadeerd hadden met oordopjes! Behalve hen waren er nog veel andere Koreanen ook luid aan het babbelen. Ze leren hier blijkbaar niet op school om stil te praten als anderen willen slapen, nee, in plaats van respect voor anderen leren ze hier blijkbaar "verdraagzaam" te zijn ;-) of gewoon mee te doen met de groep. Nu moet je ook nog eens weten dat Koreaans niet meteen erg sexy klinkt... Om eerlijk te zijn, vind ik dat het soms naar het zagerige kan neigen. De melodie waarop ze op bepaalde momenten tegen elkaar praten, klinkt een beetje alsof ze aan het klagen zijn als kleine kinderen, vooral als ze hun zinnen dan nog eens laten eindigen met "neh". Soms krijg ik dan zin om hun te imiteren, maar dan met iets simpele woordenschat: "neh neh neh neh neh... neh neh neh neh neh..." Misschien klinkt het beter als je er iets van begrijpt... Nu ja, weinig talen klinken even sexy als West-Vlaams he ;-) Enfin, voor 00u30 kon ik niet in slaap vallen (de boot was vertrokken om 19u00) en nog voor 07u00 waren ze alweer aan het praten. Om 8u30 kwam de boot dan aan in Jeju-Do ofte Jeju eiland.

vrijdag 24 oktober 2008

Sokcho en Gyeongju

Sokcho: eens in Sokcho aangekomen ging ik dus eerst op zoek naar een plaats om te slapen. Volgens de Lonely Planet was er een motel dat 30000 vroeg op gewone dagen en 40000 won op zaterdagen, maar toen ik ging navragen, vroegen ze die dag zelfs 50000 won, dus ben ik in het motel ernaast gaan prijsvragen en daar was het 25000 won, dus mijn keuze was snel gemaakt: Black box motel... Een duidelijk love motel was het niet, maar ik had wel de indruk dat er een aantal bezwarende elementen aanwezig waren: twee grote spiegels en een rond bed. Er was ook een soort sprookjesachtige muurschilderij, maar die had niets erotisch. In elk geval, ik heb er goed geslapen en het deed echt deugd om nog eens een kamer voor mij alleen te hebben, dus zonder dat je het gevoel hebt dat er elk moment een vreemdeling kan binnen komen (eigenlijk was het moeilijk om dat te beseffen na zo'n lange periode constant in dorms) Ik ben dan iets gaan eten in een Koreaans restaurant en achteraf nog eens langs het strand gaan lopen. Het strand was goed verlicht... zou dat iets met de buren te maken hebben? ;-)

De volgende morgen (maandag, want wilde het weekend vermijden voor een bezoek aan het nationaal park, wegens de drukte) moest ik snel een bankautomaat zien te vinden, want ik had nog maar een paar 1000 won in mijn broekzak zitten, of met andere woorden, twee keer niets :-)) Eerst ging ik in een Familymart convenience store, omdat ik zo geld afgehaald had in Seoel, maar de limiet was belachelijk laag ingesteld op 100000 won en ik had echt geen zin om dan 5 euro of zo kosten te betalen op 60 euro... Dus begon ik de banken en de andere familymarten af te schuimen... In een bepaalde bank verwijsden ze me met een plannetje door naar twee andere banken, een op 1.5km en een andere op 2.5km, waar er normaal gezien een global ATM moest zijn. In de eerste bank probeerde ik geld af te halen, maar dat lukte niet. Dus ging ik dan naar de volgende optie en liet ik mijn grote rugzak achter en probeerde ik tal van andere banken en familymarts zonder resultaat. De tweede bank van het plannetje had zogezegd een global ATM, het stond zelfs aangeduid met een grote sticker, maar in de praktijk was die niet geprogrammeerd voor buitenlandse kaarten. Toen ik uiteindelijk helemaal teleurgesteld mijn rugzak terug ging oppikken, vroeg er iemand "Can I help you?" en blijkbaar was er toch een werkende automaat daar! Ik had er gewoon naast gekeken, wat achteraf gezien volkomen normaal was: er stonden zes automaten op een rij, schijnbaar identiek vanop afstand, maar waarbij een automaat een stickertje had met de logos van visa en zo. Tprobleem was dat toen ik er de eerste keer stond, er zes koreanen op een rij bezig waren geld af te halen, zodat dat stickertje heel slecht te zien was. Als dan ook nog eens de frames van al die geldautomaten hetzelfde zijn en de goede atm zich niet op de eerste of de zesde, maar zich op de doordeweekse tweede plaats van rechts te beginnen bevindt... Tja, zoek dan maar de zeven verschillen!!! Maar ok, eind goed al goed... en achteraf gezien heb ik wel de indruk dat Sokcho een van de slechtst voorziene plaatsen op dat gebied is. Dus uiteindelijk kon ik dezelfde dag de bus nog nemen naar Seorokdong, gelegen in het oosten van het Seoroksan Nationaal Park. Ik wilde verblijven in het jeugdhostel, omdat het volgens Lonely Planet de beste deal was en ik op die manier ook nog meer kans had om andere reizigers te ontmoeten. Maar ik was op de bus blijven zitten tot aan de ingang van het park en het jeugdhostel bleek drie km terug te zijn en aangezien ik al mijn bagage bij me had, besloot ik maar naar het jeugdhostel te gaan en het was al rond twee uur in de namiddag, dus besloot ik mijn bezoek van het park maar tot de volgende dag uit te stellen... Er was wel niet te veel goedkope accomodatie in de buurt en het jeugdhostel kostte 30000 won per nacht voor een dormitory. Maar de "dormitory" bleek een grote kamer met keuken en aparte badkamer te zijn met slechts twee bedden. De eerste nacht dat ik er verbleef deelde ik de kamer met een kerel van Singapore en de tweede nacht had ik het voor mij alleen. Dus ik heb er redelijk goed geslapen. De eerste avond zat ik aan de computer in het hostel, toen Carmen en Albert, een Spaans koppel dat in Mallorca woont en dat daar ook verbleef, me vroegen of ik nergens een bankautomaat wist zijn. Ze hadden al twee dagen uitgekeken voor een bankautomaat, maar die nergens gevonden en hun geld was veel rapper opgeraakt dan ze hadden ingecalculeerd omdat ze hadden gehoopt met visa te betalen voor de overnachtingen, maar geen enkele plaats waar ze tot nu toe verbleven hadden accepteerde betaling met kredietkaart. Ze hadden een auto gehuurd en moesten twee dagen later naar Seoel om terug naar Spanje te vliegen en hadden van de wanhoop al met de gedachte gespeeld dat ze de wagen het laatste eind gingen mogen duwen, omdat de benzine ging oprapen. Ook hadden ze appels gekocht en waren ze erop voorbereid om twee dagen te overleven op appels ;-) Dus ze waren enorm content toen ik hen naar Sokcho naar de fameuze geldautomaat kon leiden en we hebben dan samen iets gegeten in hetzelfde restaurant als waar ik die namiddag geluncht had en ze hebben me toen getrakteerd en wat appels gegeven. Op de terugweg naar het hostel was Albert ergens verkeerd afgeslagen en toen hij wilde keren op dat weggetje merkten we dat er een paar oranje kegels stonden, dus Carmen stapte uit om er eentje weg te halen. Die kegel plakte wel een beetje onderaan... Die avond hebben we ongewild onze bandafdruk achtergelaten in het verse beton ;-) Dat was toch even hillarisch... De volgende dag hebben we dan om 9u afgesproken in de hall van het hostel om samen te gaan wandelen in het park...

Dinsdag om 9u stond ik dan paraat (om te gaan wandelen ;-p) Ik had mijn gsm als alarmklok gezet. Het enige ambetante om mijn gsm op te laden is dat ik een reislader voor Nokia gekocht heb in Rusland voor een appel en een ei, maar dat hij ook maar een appel en een ei waard is ;-) Tis te zeggen, tov de gewone lader heeft hij het voordeel dat hij ook op 110V werkt, maar ik moet mij gsm ergens tussen klemmen bij het opladen zodat de pin diep in het contact drukt, want anders laadt hij niet op... Dat is toch wat ambetant... Enfin, we gingen eerst nog wat voedsel inslaan vooraleer te gaan wandelen en gingen hiervoor inkopen doen in de lokale 24uur open supermarkt ehum... Bleek dat ze voornamelijk eten hadden om klaar te maken, gedroogd eten of koeken en dergelijke. Dus geen sandwiches, geen rijst met iets in of niets. Dus kochten we maar wat koeken en noten en zo bij gebrek aan beter... Carmen en Albert hadden gedacht om een lus te doen in het park van zo'n 25km, maar in de praktijk was dat totaal onmogelijk, zeker op het uur dat we begonnen zijn en rekening houdend met het feit dat we eerst 3km moesten wandelen naar de ingang van het park. Uiteindelijk zijn we in de richting van Seoroksan berg gewandeld tot een mooi uitkijkpunt en dan teruggekeerd. Het was een mooie wandeling en de verschillende kleuren van de lente (gele, groene en rode bladeren) was een streling voor het oog. Het enige jammere was dat het mistig was, dus de vergezichten waren minder goed en de herfstkleuren vanop afstand waren te uitgezwakt door de mist om er echt sublieme kiekjes van op de gevoelige SD kaart te leggen... Er was ook wel heel veel volk omdat het hiking seizoen in Korea nu begonnen is en hiking hier immens populair is (zoals ik voordien al zei, zijn ze allemaal goed uitgedost met wandelschoenen, wandelkledij en wandelstokken, al dan niet met bekende merken zoals "The North Face" kledij of "Leki" wandelstokken of met Koreaanse versies hiervan zoals "The Red Face" of "The Huge Mountain". Dit laatste merk dat ik op de sweater van een oud kranig vrouwtje zag, had exact hetzelfde logo als "The North Face" maar een andere naam. "The North Face" verwijst naar de noorderlijke zijde van de bergen, die op het noorderlijke halfrond over het algemeen de moeilijkste zijde is om de berg (bvb. de Mount Everest) te beklimmen omdat het kouder is. Zou "The Red Face" verwijzen naar het rode gezicht dat je krijgt van al die inspanning als je uitgeput "The Huge Mountain" boven raakt?). Al bij al viel het uiteindelijk nog mee van het volk en omdat ik met anderen op stap was, stoorde het ook minder. Het was leuk om nog eens de dag in het gezelschap van anderen te spenderen en we hebben veel gebabbeld, in het Spaans. 's Avonds zijn we dan naar een publiek bad geweest. Ik had hen gezegd dat ze toch zeker op zijn minst een keer een publiek bad moesten proberen om te kunnen zeggen dat ze Korea bezocht hebben en het was ook een ideale manier om de spieren wat te relaxen na een dagje wandelen. Het was wel jammer dat er maar twee verschillende baden en een koud bad waren en geen enkel buitenbad, maar toch was het vrij aangenaam. Nadien zijn we dan terug naar Sokcho gereden en hebben we in dezelfde plaats gegeten als de dag voordien. Voor mij was het dus al de derde keer en de dag nadien zou ik er voor de vierde keer komen eten (en kreeg ik een extra grote portie :-)). De vrouw die ons eten gaf was echt super vriendelijk. De vriendelijkste bediening die ik al gehad heb in Korea en dat ik me nu op het moment herinner en ook het eten was vrij lekker (en je kreeg er acht of negen nevenschoteltjes), dus we wilden er terug gaan. Ik hield er vooral van de bulgogi (smakelijke Koreaanse rundsvleesreepjes) en de octopus in pikante rode saus was ook vrij lekker... Op de weg naar het hostel gingen we ons souvenir voor de lokale bevolking nog eens bewonderen en dan namen we afscheid en wisselden we emailadressen uit.

Woensdag liet ik mijn grote rugzak achter in het hostel (want ging 's avonds ergens anders naartoe) en ging ik alleen op stap in het natuurpark. Ik wilde de wandeling doen naar een grot, een zijpad waar we de dag voordien niet meer aan toe geraakt zijn. Uiteindelijk was dat niet zo speciaal. Het zicht vanuit de grot naar buiten moet bij helder weer wel een mooi plaatje kunnen opleveren, maar die dag was dat dus niet het geval. In de grot woonde er een boedhistische non (wat een mens er niet allemaal voor over moet hebben om verlichting te bereiken...) Op de weg naar de grot hoog in de rotsen, waar een buddhistische non woonde, was ik aan het babbelen geraakt met een Koreaanse oudere man die nog een tijdje in Amerika gewoond had en me heel veel vragen stelde en hij trakteerde me op een speciaal drankje in de grot. Het was een soort bruin drankje met min of meer het uitzicht van dikke chocomelk maar met een speciale smaak, gemaakt door een soort wortels te laten trekken in water. Naar het schijnt zou het goed voor de maag zijn, dus misschien is het goed na een zwaar nachtje uit in Korea... Hier in Korea is de typische sterke drank Soju, een soort van transparante sterkedrank gemaakt van rijst. Ik heb het wel al geprobeerd, maar vind het eerlijk gezegd niet veel soeps. Het ligt direct op je maag en stijgt ook meteen naar je hoofd. Geef mij maar bier of zelfs vodka... Eigenlijk hou ik niet van sterkedrank op basis van rijst in het algemeen, dus ook niet van Japanse sake. Enfin, ik ben dan alleen weer verder op pad gegaan, vanaf de grot weer eerst een beetje naar beneden en dan constant naar boven tot op de bergflank. Maar aangezien het mistig weer was en het dan ook nog eens begon te regenen ben ik maar terug gekeerd, want veel ging ik verder toch niet meer te zien krijgen dat echt de moeite waard was. Ik ben dan terug gegaan naar de ingang van het park en vanaf daar nog een ander pad opgegaan, dat leidde naar een rotsblok waar half Zuid-Korea naar het schijnt al voor de foto geposeerd heeft. Op weg ernaartoe was er ook nog een mooi tempelcomplex te bewonderen, opnieuw met het prachtige kleurrijk beschilderde houtwerk dat zo typisch is voor alle Koreaanse religieuze gebouwen. Na een half uurtje zigzaggen tussen de schoolkinderen kwam ik uiteindelijk bij die befaamde rotsblok aan. Naar het schijnt kun je de rots met een vijftal personen een beetje doen kantelen, tenzij je superman bent natuurlijk ;-) Aangezien ik mijn rode cape en mijn blauwe piama in Belgie vergeten ben, is het me helaas niet gelukt :-(( Toch kon ik het niet laten om er ook eens bij te poseren... Toen ik terug in de jeugdherberg aankwam, stonden er drie bussen op de parking en toen ik mijn rugzak kwam ophalen, was de inkomhall volkomen ingepalmd door de inhoud hiervan, tis te zeggen, een hele troep schoolkinderen waarvoor ik de attractie van de dag was. Ik nam de bus terug naar Sokcho of beter gezegd twee bussen, want was te vroeg afgestapt (soms ben ik ook wel eens te snel) en dan nam ik een taxi van het ene busstation naar het andere (twas veraf en het regende hard en de taxi's zijn vrij goedkoop hier) waar ik een nachtbus wilde nemen naar Gyeongju en zo al reizend een nacht accomodatie wilde uitsparen. Oorspronkelijk had ik eigenlijk een dag langer willen blijven, in het dorpje in het zuiden van het park, om vandaaruit het hoogste punt van het park te beklimmen, maar het ging waarschijnlijk regenen en zag het niet zitten om er nog twee volle dagen te verblijven. Het enige ambetante van die nachtbus was dat er geen directe nachtbus naar Gyeongju was, maar dat ik eerst naar Pohang moest en dat de reistijd eigenlijk te kort was om veel te kunnen slapen (het was maar vijf uur rijden) en ik op een raar uur in Pohang ging aankomen. Dus ik nam de laatste bus om 23u10 om zo laat mogelijk in Pohang aan te komen en spendeerde nog een tijdje in een internetcaffee totdat mijn bus vertrok.

Donderdag om 4u10 's morgens kwam ik dus in Pohang aan. Aangezien er op dat moment nog geen bussen naar Gyongju gingen vertrekken, dacht ik van nog een beetje verder te dutten op de stoelen van het busstation. Ik legde me dus gespreid over drie stoelen. Echt in slaap vallen lukte niet meteen. Twas vrij koud, dus besloot ik maar mijn jas ook aan te doen, maar mijn hoop om verder te slapen verdween als sneeuw voor de zon wanneer er een onnozelaar op een stoeltje net voor mij ging zitten, om mij lachend aan te staren en alle soorten geluidjes te maken om toch maar een beetje aandacht te krijgen, net zoals een klein kind. De Koreanen die lagen te slapen liet hij met rust... Toen hij genoeg op mijn zenuwen gewerkt had, ben ik maar weg gegaan. Ik was echt op mijn tenen getrapt. Wat wil je: een mens probeert rustig een dutje te doen en dan zit er een onnozelaar in je gezicht te lachen en je proberen wakker te houden. Die ambetanterik zal waarschijnlijk een dronken Koreaan geweest zijn, die wachtte op de eerste bus... Omdat ik dacht dat de eerste trein naar Gyongju sneller ging vertrekken dan de eerste bus en de informatiepanelen in de busterminal enkel in het Koreaans opgesteld waren, besloot ik maar om 5u10 om naar het treinstation te wandelen. Maar het was toch verder dan ik ingecalculeerd had, toch meer dan 3km. Het verbaasde me tijdens die wandeling dat er hier en daar nog familiale restaurantjes open waren! Toen ik in het treinstation aankwam, bleek echter dat er maar twee treinen per dag dat traject deden: een om 5u30 en een in de namiddag. In Japan zou dit onvoorstelbaar zijn... Ik besloot dan maar om terug naar het busstation te gaan om de bus te nemen... weeral wandelen met de zware rugzak, na de vorige dag de hele dag in het natuurpark gespendeerd te hebben, al wandelend... goed voor de uithouding! In het busstation zag ik die ambetanterik opnieuw, een busticket kopen, maar ik negeerde hem gewoon en kocht mijn eigen busticket. Om 7u30 zat ik uiteindelijk op de bus. Er reden dagelijks heel veel bussen. Ik denk dat de bus in Korea veel populairder is dan de trein en dat de bussen een veel regelmatiger service aanbieden dan de treinen, terwijl je in Japan mss meer treinen maar dan minder bussen hebt... Enfin, rond 8u was ik in Gyeongju! En ik had een nachtje accomodatie uitgespaard ;-)

Gyeongju: Gyeongju was de hoofdstad van de Shilla dynastie, een koninkrijk dat gedurende ongeveer duizend jaar bestaan heeft vanaf de eeuw voor Christus. Tot in de 7e eeuw na Christus, als ik me goed herinner, waren er drie koninkrijken in het huidige Korea - Shilla, Baekje en Gorykeo (van een splitsing tussen noord en zuid was toen nog geen sprake uiteraard) - en toen veroverde Shilla dynastie de andere koninkrijken en was Korea voor ongeveer driehonderd jaar verenigd onder het Shilla koninkrijk... Enfin, eens aangekomen in Gyeongju, moest ik dus op zoek naar een plaats om te overnachten. In Lonely Planet stond een soort traditioneel Koreaans guesthouse in vermeld, maar er stond bij dat je soms op voorhand moest reserveren, dus ging ik op zoek naar dat. Als ik diezelfde nacht er niet kon blijven, dan kon ik eventueel reserveren voor twee dagen later, want ik ging er toch een paar dagen blijven en wilde wel eens de kans grijpen om in een traditionele setting te logeren. De guesthouse heette Sarangchae (wat Koreaans is voor "mannenkwartier": vrouwen en mannen sliepen traditioneel gescheiden als ik het goed begrepen heb, vanwege het confucianistische gedachtengoed (de koning en koningin tijdens Joseon dynastie sliepen in een aparte kamer in het Chandeokgung paleis in Seoul en als ze hun huiswerk moesten maken, was er een soort gang die de twee kamers met elkaar verbond, zo vertelde de gids tijdens de rondleiding door dat paleis). Angchae is dan het vrouwenkwartier. In een guesthouse was er normaal enkel een Sarangchae, want enkel mannen reisden in die tijd en vrouwen bleven in huis.) Enfin, ik ging ernaar op zoek met het plannetje van Lonely Planet, maar vond het niet. Toen ik het vroeg aan een man in een restaurant, wilde hij me de andere kant van de straat opsturen, op een totaal andere plaats. Ik dacht dat hij me gewoon verkeerd begrepen had of het niet wist en keek nog eens verder rond en vroeg het aan een oud vrouwtje en ze deed teken dat het niet meer bestond (door de wijsvingers van beide handen over elkaar te kruisen in een X, hetgeen "nee" of "gesloten" of "geen toegang" betekent in Japan en Korea). Enfin, ik ging dus op zoek naar een andere optie, Hanjin hostel, en die plaats vond ik al heel snel. Het was 15000 won per nacht voor een slaapzaal, maar het waren geen stapelbedden, maar kamers met drie matrassen op de vloer, met veel ruimte tussen voor bagage, dus ik dacht dat ik wel goed ging kunnen slapen. Ik kwam daar aan rond 9u en had de kamer op dat moment voor mij alleen en mocht er al direct gebruik van maken (in tegenstelling tot de meeste plaatsen waar check-in pas na de middag is), wat echt wel heel praktisch was, want ik was doodmoe. Ik nam dus een douche en ging rond 9u30 slapen. De matras was echt wel comfortabel en ik sliep een viertal uur. Ze hadden ook een handig stadsplannetje en regioplannetje met de bezienswaardigheden op twee zijden van een A4 en ik besloot nog van mijn dag te profiteren. Ik ging naar de Anjabi Pond, een vijver aangelegd om de unificatie van de drie koninkrijken te vieren. Het was weekdag en het was vol met schoolkinderen, misschien wel meer dan duizend. Ik was de enige westerling daartussen op dat moment en constant zeiden ze "hello" en "hi" en als ik het niet hoorde of eens niet antwoordde, dan herhaalden ze het nog maar een paar keer op een hoger volume ;-) Ja, Koreaanse schoolkinderen lijken me wel spontaner op dat gebied dan Japanse schoolkinderen. Wat wilder en speelser en niet verlegen... Toen ik even later naar het museum vlakbij ging, was het opnieuw hetzelfde liedje: zonder ophouden werd ik bestookt met "hello" en "hi" en verwacht om te antwoorden. Ik dacht bij mezelf: hoe is het mogelijk? Ik ben hier nog maar pas en iedereen kent mij al ;-) Maar uiteindelijk heb ik veel geduld hiermee en probeer ik zoveel mogelijk "hello" terug te zeggen, want ik begrijp die kinderen wel. Vanuit hun standpunt ben ik immers een soort exotische attractie, zeker als ze vanuit meer landelijke gebieden naar daar op scholreis komen. Als het niet te extreem is, vind ik het trouwens leuk als mensen naar me glimlachen en "hello" zeggen. En wat kinderen betreft, we zijn het allemaal immers ooit ook eens geweest en het is dikwijls juist leuk om te zien hoe spontaan kinderen zijn. Die Aziatische kindjes zijn trouwens meestal ook zo schattig... Naar het schijnt vinden de Aziaten dan onze westerse kindjes juist heel schattig om zien. Niettemin, toen ik een andere volwassen vrouwelijke toeriste in het museum foto's zag trekken, een Chinese naar het bleek, begon ik haar aan te spreken om van de kinderen te ontsnappen ;-) Toen zeiden ze ook nog altijd "hello" maar ik lette er veel minder op omdat ik in gesprek was en ze drongen ook minder aan... Die Chinese kwam ik dan later in mijn hostel tegen, maar heb er eigenlijk verder niet veel mee gebabbeld.

Vrijdag ging ik wandelen rond Namsan berg vlakbij Gyeongju, een hike die volgens Lonely Planet een uur of acht in beslag neemt, maar dat was ferm overdreven. Op veel plekken rond die berg waren er in de rotsen gekerfde buddhabeelden en sommige pagoda's en religieuze gebouwen. Het was een mooie wandeling met goede zichten en mooie rotskervingen, al heb ik er wel een klein stukje van gemist door de minder goede bewegwijzering. Het was vooral leuk dat de mensen zo enorm vriendelijk waren, eigenlijk meer dan nodig was. Ik heb van drie verschillende mensen een mandarijn gekregen, van drie anderen een kopje koffie, van nog anderen wat snoepjes en dan waren er een paar vrouwen die me uitnodigden om bij hen samen te picknicken. In het begin probeerde ik vol te houden om nee te zeggen als ze me iets wilden aanbieden en zei ik dat ik zelf mijn eten meehad, maar ze bleven maar aandringen en vanaf dan besloot ik om gewoon alles aan te nemen en iedereen heel vriendelijk te bedanken. Toen ik picknickte samen met die andere mensen en mijn eigen eten uithaalde, moest ik het onmiddellijk terug wegsteken. Iedereen was gewoon zo vriendelijk! Het leuke in Korea is ook dat je geen argwaan moet hebben als mensen vriendelijk tegen je zijn, zoals in sommige andere landen waar velen gewoon op je geld uit zijn als je een toerist bent en je moet oppassen voor listen. Dat is het voordeel van een niet zo toeristisch land... Bij de laatste bezienswaardigheid van de wandeling op de berg, Chilbulam Maae Seokbul of het hermitage van de zeven buddha's, een combinatie van drie in een rotswand gekerfde beelden en een steen met vier wanden met in elke wand een beeld gekerfd, kwam ik een Koreaanse man en een vrouw tegen die echter geen koppel waren, maar samen voor een weekend reisden en ik sprak wat met de vrouw die Engels kon. Er leefde ook een vrouw en haar moeder in het tempelgebouw er vlakbij. De vrouw vertelde dat ze voor drie maanden de non vervingen die daar normaal leefde, omdat ze geopereerd moest worden aan de knie. De mensen brachten dan dikwijls wat te eten voor hen. Ik zette mijn hike verder, maar in neerwaartse richting, de (meer) bewoonde wereld tegemoet. Normaal gezien moest er een busstop zijn als ik de weg bereikte, maar ik heb daar niet op gelet, dus wandelde ik maar verder, in de richting van Gyeongju. Op sommige toeristische informatiepanelen stond nog een buddhabeeld vermeld, op de Borisa site, op een zijsprongetje van de baan die ik moest volgen en ik wilde er nog naartoe gaan juist voor het donker werd. Het was namelijk bijna zes uur... Na een paar keer in mijn beste body language de weg gevraagd te hebben, bereikte ik de plek van verlichting in het half donker, maar met mijn flask kon ik nog een paar redelijke kiekjes schieten ;-) Net op het moment dat ik wegging om verder te wandelen, kwam ik de man en vrouw van juist ervoren weer tegen! Dus...liften!!! (In plaats van in het donker op zoek te gaan naar de bus of nog eens vijf km te wandelen :-p ) Toen ze me dan ook nog eens vertelden dat ze in Sarangchae verbleven, in de traditionele Koreaanse guesthouse waarnaar ik eerder tevergeefs op zoek was geweest, besefte ik dat het misschien mijn lucky day was ;-) Uiteindelijk brachten ze me daarheen en reserveerde ik een kamer voor de volgende nacht (het zou kunnen dat ik geluk had gehad dat iemand geannulleerd had). De plaats had echt veel charme en de eigenaars waren heel vriendelijk en geen geldstekkers. Voor 20000 won had ik mijn eigen kamer, dezelfde prijs als een eigen kamer in Hanjin hostel kostte, maar het internet was gratis en er was een gratis ontbijt met toast, jam en je kon zoveel eieren bakken als je wilde (of als je tegen kunt)... Ook heb ik twee keer ontbeten en slechts een nacht er verbleven: ik mocht namelijk al ontbijten toen ik er de volgende morgen mijn bagage ging brengen.

Wat ik goed had gevonden in Hanjin hostel, was het slaapcomfort van de matrassen, het plannetje dat je kreeg met de bezienswaardigheden en dat het een goeie plaats was om andere mensen te ontmoeten, maar wat me erg gestoord had daar, was dat er een briefje naast de computer hing dat je 1000 won per 20 minuten in een potje moest steken als je de computer gebruikte, wat ruim het dubbele is van wat je in een internetcafe betaalt. In bijna alle hostels is internet gratis en ik ben van het principe dat als je dan geld betaalt om er te verblijven, dat het internet gratis moet zijn. Enfin, toch zeker in een land als Korea, waar internet zo wijd verspreid is dat er dikwijls gratis internet in toerisme-info kiosken of sommige andere publieke plaatsen is. Als ze er dan in een jeugdhostel geld voor vragen, vind ik dat pure geldstekkerij en weiger ik uit principe dan ook om er een enkele won voor te betalen. Desalniettemin heb ik er toch een paar keer internet gebruikt en de eerste avond lag er al 1000 won van iemand anders in het potje en toen de man van het hostel naar boven kwam, maakte hij het potje (met amper 1000 won in haha) leeg voor mijn neus, een indirecte manier om te zeggen dat het niet gratis was en een geste die me nog minder zin gaf om ervoor te betalen! De tweede avond deed hij net hetzelfde toen er iemand anders het internet gebruikte... Om je kleren te wassen in de machine, vroegen ze 4000 won (in veel hostels in Korea is het gratis), nog zoiets dat ik van het goeie te veel vond ;-) Dus heb ik maar het papiertje in de douche, zeggende dat je je kleren in de wasmachine en niet in de douche moest wassen, genegeerd en mijn kleren roken opnieuw fris als nooit tevoren (met licht witte zeep aroma). (Terwijl ik dit schrijf, realiseer ik opeens dat mijn reparatie op grootvaders wijze, van de scheur achteraan mijn broek, het al een tweetal maanden prima uithoudt! Ik zal maar hout vasthouden zeker... lol )

Zaterdagmorgen bleef ik nog een beetje langer liggen en toen ik op zoek ging naar de nieuwe guesthouse met mijn rugzak, liep ik nog een paar keer verloren, ondanks de overuitvoerige uitleg van de dame de vorige avond :-( . Ik was natuurlijk weer overmoedig geweest en had gedacht om mijn orientatiegevoel te trainen door een alternatieve weg te nemen... Na het ontbijt (of beter gezegd: lunch), ging ik dan op zoek naar de bus om naar Bulguksa te gaan. Bulguksa bleek een heel toeristisch tempelcomplex te zijn. Het was op zich wel groot en mooi, maar er was veel te veel volk. De entree was 4000 won, wat naar Koreaanse normen niet echt goedkoop is, maar toch nog altijd weinig geld was. Veel tempels zijn eigenlijk gratis te bezichtigen en op sommige plaatsen is de ingang tijdelijk gratis gemaakt, zoals bvb. in het museum dat ik donderdag bezocht had. Dat vind ik wel sympathiek dat ze dingen gratis maken. Het Bulguksa tempelcomplex stelde mij persoonlijk een beetje teleur: het hele complex, behalve een aantal pagodes, is een reconstructie van het originele, van amper een dertigtal jaar oud (wat op zich een vrij courante situatie is bij Aziatische tempels), maar dan vind ik wel dat ze af en toe een nieuw lakje verf mogen aanbrengen. De mooie schilderingen op de tempelgebouwen waren helaas grotendeels vervaagd (een situatie die in Europa de standaard is, omdat ze alles in originele staat willen bewaren, maar dan is het ook geen reconstructie), waardoor ik het niet echt de moeite vond om veel foto's te trekken. Over het algemeen echter vind ik de kleurrijke schilderingen die je aantreft onderaan de daken van de Koreaanse tempels heel mooi en heb ik er al veel foto's van getrokken. Een typische constante is ook de groene basiskleur: dat is de kleur voor religieuze gebouwen. In het tempelcomplex waren er twee originele stenen pagoda's maar de mooiste stond in de stellingen en kon ik helaas niet echt bewonderen :-( Ter info: in China waren de pagodes van baksteen gemaakt, in Japan van hout en in Korea uit massieve steen (voordien waren er ook pagodes in hout in Korea, maar dat kon afbranden, dus schakelden ze over naar steen). Toen ik de tempel verliet, kwam ik een Koreaanse van Seoul tegen, Rim, en ze ging ook vanaf daar verder wandelen naar de andere bezienswaardigheid, Seokguram. De weg was ongeveer 45 minuten bergop wandelen en ze stelde voor om samen te gaan en het was aangenaam, want ze kon goed Engels en we hebben veel gebabbeld. De Seokguram grot bevatte een aantal Buddha's uit steen gekerfd. Alles was achter glas (om de beelden te beschermen wegens de vochtigheid door het grote bezoekersaantal) en het was donker, dus heb ik maar geen foto's getrokken. Het belangrijkste beeld had origineel een diamant op het voorhoofd, boven de neus, maar dat was gestolen door de Japanners tijdens de oorlog. Ik heb geen idee wat voor steen er nu op de plaats zat... Toen we het complex verlieten, moesten we nog wat wachten op de bus en ook daar zaten er weer Koreaanse oude vrouwtjes alle soorten voedsel te verkopen. Ik heb eens een gefrituurde sprinkhaan geproefd, maar vond het toch niet zo speciaal lekker. Op de bus hebben we wat verder gepraat en heb ik weer een aantal interessante weetjes bij. Zo schijnt Korea befaamd te zijn voor de plastische chirurgie en komen veel vrouwen van Azie speciaal naar Korea voor plastische chirurgie. Veel meisjes hier en in Japan laten hun neus of hun ogen veranderen om er meer Westers uit te zien. Soms zie je dan ook een vrouw op straat met een wit lapje voor het ene oog en waarschijnlijk heeft dat dan daarmee te maken (een masker dragen ze hier ook soms voor hun gezicht, maar dat is om anderen niet te besmetten als ze een verkoudheid hebben, net als in Japan, maar toch heb ik gemerkt dat hier niet iedereen zich aan die regel houdt)... Rim vertelde me dat ongeveer dertig procent van Koreaanse vrouwen iets zou hebben laten veranderen aan hun uiterlijk! Dat vind ik persoonlijk een heel hoog percentage als dat waar is en ik vind het een beetje zielig voor hen dat ze zo wanhopig zijn om meer op ons te lijken. Ze verteld me ook dat ze hier in Azie een andere manier gebruiken om hun leeftijd te tellen (en dat vind ik nu pas na drie maanden uit!!!): hier worden ze geboren en zijn ze meteen 1 jaar oud, terwijl wij 0 jaar oud zijn vanaf de geboorte. Als je er dieper over nadenkt, zouden we eigenlijk ongeveer negen maanden oud moeten zijn bij de geboorte ;-) Ook vroeg ik haar nog eens ter bevestiging of abortus hier de meest gangbare vorm van "anticonceptie" was, wat ik van veel andere reizigers al gehoord had en dat bleek dus waar te zijn... Ik denk dat dat in Japan trouwens nog straffer is, daar hebben ze het hoogste percentage van abortus ter wereld naar het schijnt. In Europa is zoiets toch ondenkbaar... Wat ik ook wel gehoord heb van Korea is dat het aidspercentage hier enorm laag is, omdat ze over het algemeen vrij trouw zijn en vrij serieus zijn over relaties. Velen beginnen vroeg aan een relatie en blijven dan de rest van hun leven samen, naar het schijnt. Terug in Gyeongju, namen we afscheid en wisselden we emails uit, want Rim nam een bus naar Seoel. Ik ging dan op zoek naar een plaats om te eten en ik wilde vis, dus sprak ik wat mensen op straat aan en ze vertelden me een naam in het Koreaans van een gerecht en toen schuimde ik een aantal restaurantjes af op zoek naar een plaats waar ze dat serveerden. Het was een soort stoofpotje met een paar stukken vis in, maar eigenlijk niet zo speciaal. Wat ik wel erg lekker vind hier in Korea, is een gefrituurde snack die ze op straat verkopen, van deeg en opgevuld met zoete rode bonen, in de vorm van een visje.

De volgende dag, zondag, sliep ik wat langer uit en profiteerde ik opnieuw van het ontbijt. Deze keer at ik drie lekkere eieren njamnjam. Mijn bagage liet ik nog even achter in het hostel, want ik zou 's avonds een bus nemen naar Seoul om te gaan kijken hoe het zat met mijn chinees visum en het op te pikken als het in orde was. Ik wilde nog het park met al de graftomben bezoeken en deed dat dus ook. In een van die tomben kon je dan naar binnen, maar zoveel was daar niet aan te zien. Ik trok wat foto's ook van mensen in het park bezig met typische zaken, wat ik eigenlijk wat vaker zou moeten doen, want dat zijn dikwijls wel interessante foto's. Ik ging ook een bezoekje brengen aan het oudste astronomische laboratorium van Azie, een soort ronde toren van stenen gemaakt met een gat in het midden en een vierkant dak. Volgens het oude gedachtengoed hier was de hemel rond en de aarde vierkant en plat. Het aantal stenen dat gebruikt werd, was exact 366, het aantal dagen van een jaar en het aantal lagen van stenen was precies het aantal dagen van een maand en zo waren er nog een aantal dingen die een nummer hadden met een betekenis. Ook was het laboratorium niet ergens hoog op een berg geplaatst, maar ergens dichtbij de koninklijke verblijfplaats, zodat de weervoorspellingen en dergelijke snel gerapporteerd konden worden aan de koning. Daarna wandelde ik nog een beetje in dat park en ik ging nog eens kijken naar een oude ondergrondse opslagplaats, gebouwd voor de opslag van ijsblokken. Daarna ging ik terug naar het hostel om mijn bagage op te pikken en toen nam ik de goedkoopste bus terug naar Seoul, voor slechts 18600 won, waar ik na aankomst de metro nam naar Anguk om dan terug in Beewon guesthouse te verblijven.

dinsdag 21 oktober 2008

Verschillen die me opvallen tussen Japan en Zuid-Korea

- overnachten: in Korea is het eigenlijk qua accomodatie beter om als koppel te reizen dan alleen. Korea is vol met motels (hoe ze allemaal overleven weet ik ook niet), die propere en degelijke accomodatie aanbieden met een prijs per kamer. Als je alleen bent en je wilt goedkoper zijn, dan kun je naar sommige guesthouses of jeugdherbergen gaan, maar die zijn vaak verouderd qua infrastructuur of minder proper en dan verblijf je soms met meerdere mensen op een kamer, en per persoon betaal je dan vaak even veel of meer dan een koppel dat in een proper motel verblijft, met kamer en badkamer voor hen alleen. In Japan daarentegen, wordt de prijs bijna overal per persoon berekend, behalve in de love hotels. Desalniettemin is de accomodatie in Japan, zelfs voor iemand die alleen reist, duurder dan in Korea. Wat ik hier ook merk, is dat ik heel vaak geen bonnetje krijg wanneer ik betaal voor mijn overnachtingen. In Japan kreeg ik altijd een bonnetje hiervoor en ik vind dat beter want dan heb ik bewijs dat ik betaald heb. Ik vermoed dat ik hier vaak in het zwart slaap, maar das niet erg, ik heb het graag donker 's nachts ;-)

- eten en eetcultuur: in Korea is het de gewoonte om het eten met anderen te delen en je ziet dan ook niet zo veel Koreanen die alleen ergens gaan eten. In Japan zie je dat meer, toch zeker in de goedkopere ramen of rijst kom met rundsvlees plaatsen. Ook heb je het systeem van de bento of lunchbox in Japan, wat je in Korea niet hebt. Voor een aantal Koreaanse traditionele gerechten moet je met twee of meer zijn. De Japanse keuken gebruikt nauwelijks kruiden en het eten is heel licht van smaak, sommigen zullen het misschien flauw van smaak vinden. Koreaans eten daarentegen is overwegend pikant en sterk van smaak. Ze gebruiken in bijna alles rode peper en daar begint je neus af en toe wil eens van te lopen. In Korea krijg je naast de hoofdmaaltijd altijd minimum drie, maar soms veel meer (ik kreeg er eens negen!) aanvullende schoteltjes en soms is het echt enorm veel voedsel dan dat je krijgt. Het slechte van dit systeem is dat veel voedsel hierdoor onnodig weggegooid wordt. De overheid heeft dat systeem eens willen veranderen, maar ze zijn er niet in geslaagd omdat de Koreanen willen vasthouden aan hun traditie. Het meest typische eten in Korea is Kimchi, een soort gefermenteerde witte kool met een toets van rode peper en ik geloof ook wat look (zoek maar eens op google voor de precieze uitleg) en een klein schoteltje met kimchi is iets dat je bij praktisch elke maaltijd krijgt. De keren dat ik het niet gekregen heb, kan ik op een hand tellen en ik ben heel veel al hier gaan eten. In Japan at ik heel dikwijls een bento van de convenience store, die ze dan in de microgolfoven in de winkel zelf opwarmden, maar hier vind je dat niet in de convenience stores en ga ik nog meer eten in een goedkoop restaurant dan in Japan. Een ander belangrijk verschil met Japan is dat er zoveel eten op straat verkocht wordt. In Japan heb je enkel de straatstalletjes met tonkotsu ramen in Fukuoka en that's it. Het is ook verbazingwekkend hoe je hier werkelijk de klok rond kan gaan eten. En dan heb ik het niet enkel over de 24uren ketens, maar ook familiale zaken die soms nog tot laat na middernacht open zijn of smorgens heel vroeg. Niet allemaal natuurlijk, maar als je er een paar open vindt op een abnormaal uur, dan vind ik dat toch al opmerkelijk. Een ander verschil hier is dat ze rijst met een lepel en niet met stokjes eten. Ook is het hier onbeleefd om je kom op te heffen om te eten, terwijl ze in Japan de kom opheffen om dichter bij de mond te brengen. Ook gebruiken ze hier metalen stokjes in plaats van houten stokjes. Dit zou historisch zo gegroeid zijn, omdat de hogere klasse zilveren stokjes gebruikte zodat ze het konden zien als het voedsel gif bevatte omdat het zilver zou verkleuren. Metalen stokjes zijn beter voor het milieu, maar wel veel moeilijker om te hanteren dan houten stokjes vind ik. Zowel in Korea als in Japan slurpen ze als ze noodles eten en in beide landen krijg je altijd gratis water bij je eten, wat ik echt een heel goede praktijk vind.

- lichamelijk contact: in Japan is lichamelijk contact uit den boze, toch zeker in het openbaar. Koppels hand in hand op straat zie je slechts uitzonderlijk. In Korea lopen de koppeltjes en de vrouwen onderling heel vaak hand in hand of arm in arm of arm rond schouder en zelfs de mannen zie je soms met de arm rond elkaars schouder. Enfin, op een manier zoals bij ons enkel de homos doen. Gisteren zag ik zelfs twee Zuid-Koreaanse kerels in een metrostation op een bankje slapen, tegen elkaar in lepeltje... En toch denk ik niet dat het homos geweest zijn. Homoseksualiteit is hier toch nog meer taboe dan in Europa. Wat ze hier wel niet doen is kussen geven bij begroetingen zoals bij ons in Europa. En als de meisjes afscheid van elkaar nemen zeggen ze zowel in Korea als Japan "bye bye" wat best wel koddig klinkt.

- In Korea heb je niet dezelfde beleefdheidscultuur als in Japan. Als je van Japan komt, ben je gewoon dat ze "thank you very much" de hele tijd zeggen (zelfs als je in een convenience store gegaan bent enkel om het toilet te gebruiken) Hier in Korea worden "thank you" en "sorry" slechts zelden gebruikt. De diensten in het algemeen vind ik hier niet altijd zo super vriendelijk, maar eigenlijk is dat krak hetzelfde als bij ons: het hangt af van wie je bedient... Het zijn mensen, met een humeur, terwijl je in Japan door al de expliciete beleefdheid wel eens het gevoel krijgt dat ze robotjes zijn die telkens hetzelfde beleefdheidspatroon aframmelen. Sommige Koreanen gedragen zich als echte boerenpummels. Een typisch voorbeeld hiervan is dat toch een aantal van hen totaal niet uit de weg gaan als je over het voetpad loopt bij het kruisen. En als je botst gaan ze volgens mijn ervaringen ook bijna nooit sorry of zo zeggen, maar gewoon door lopen. Wat ze ook soms doen is gewoon zonder boe of ba je de weg afsnijden: als je aan een redelijk tempo rechtdoor op het voetpad wandelt, dan zijn er bepaalde Koreanen die gewoon vlak voor je op hun gemak van links naar rechts gaan, zodat je opeens moet stoppen of helemaal moet uitwijken. In plaats van eventjes te wachten... Daar kan ik me toch aan ergeren. Ook de deur open houden voor iemand anders staat hier niet op het repertorium, maar dat vind ik minder erg. Soms kunnen Koreanen echt wel enorm vriendelijk zijn: je gaat bvb een dagje wandelen en je wordt door drie verschillende mensen mandarijnen aangeboden, door drie anderen koffie en door nog anderen uitgenodigd om te picknicken bij hen (waarbij je je eigen voedsel terug moet wegsteken als je het bovenhaalt) In Japan kreeg ik ook wel dikwijls iets aangeboden, maar er volgde eerst toch altijd een gesprekje of zo, volgens dat ik me herinner. Hier gebeurt het dat ze je gewoon iets te eten geven als je passeert, zonder dat je nog maar een woord uitgewisseld hebt. En weigeren is onbegonnen werk, zelf als je zegt dat je zelf eten in je rugzak hebt... Of misschien denken ze gewoon dat ik er wat te mager uitzie??? ;-)) Nee, zoveel ben ik nu ook niet vermagerd, zie er nog altijd gezond uit (toch in dezelfde mate als vroeger lol) Wat mij persoonlijk niet zo stoort is dat ze vaak spugen op straat. In Aziatische landen is het heel onbeleefd om je neus in het openbaar te snuiten en de gedachte dat je je neus snuit in een zakdoek en dan in je broekzak steekt, is voor hen heel smerig. Eigenlijk is het gezonder om je neus op te trekken en dan eventueel te spugen, dan om je neus te snuiten. In het westen hebben we naar het schijnt geleerd onze neus te snuiten omdat er een epidemie van tuberculosis was en ze droegen de mensen op om dit te doen om de verspreiding van de ziekte tegen te gaan.

- Qua properheid is er een groot verschil tussen Japan en Zuid-Korea. Japan is volgens mij het properste land ter wereld en reinheid is een integraal deel van hun cultuur. Als je van Japan komt, krijg je de indruk dat Zuid-Korea toch maar vuil is, terwijl het eigenlijk wel goed meevalt ten opzichte van vele andere landen. Wat me wel ergert, is dat je bijna geen afvalbakken vind op straat, zodat je soms haast verplicht bent om je afval op straat te gooien en eerlijk gezegd heb ik me daar ook soms schuldig aan gemaakt als ik zag dat de straat toch al wat afval herbergde en ik nergens een vuilnisbak vond. Dat ergerde mij in het begin en uiteindelijk dacht ik dan bij mezelf: als ze geen vuilnisbakken zetten, dan moeten ze het zelf maar weten! Wat ik nu soms doe is vragen aan de mensen in een winkel of ik mijn afval aan hen mag geven en meestal is dat geen probleem. In Japan was dat hetzelfde. Ik denk dat ze in Europa je daarvoor soms scheef zouden bekijken als je geen consumptie daar neemt of niets van hen koopt... Maar in Belgie heb je natuurlijk wel meer vuilnisbakken (al dan niet overvol haha) In Japan zijn de toiletten altijd heel proper terwijl ze in Korea in sommige gevallen toch redelijk smerig zijn (maar in China zal alles waarschijnlijk nog veel smeriger zijn njamnjam)

- publieke baden: in Japan kun je nooit overnachten in een badhuis. Wanneer je het bad verlaat, kun je in de lounge gaan zitten, maar als je er weer in wilt, moet je opnieuw betalen. In Korea zijn vele badhuizen vierentwintig uur open en hebben ze een rustgedeelte waar je even kunt uitrusten in lichte kledij, waarna je opnieuw de baden kunt gebruiken. In het rustgedeelte heb je dan soms speciale kamers, bv. zuurstoruimte of een hele grote frigo, een dvd zaal, een fitness ruimte, een snack bar, internet, een slaapzaal, alnaargelang de plaats... De Japanse publieke baden vind ik over het algemeen wel stijlvoller ingericht dan de Koreaanse en de zeep en shampoo die er voorhanden is, ruikt enorm lekker. Ik moet wel zeggen dat ik in Korea nog maar naar twee verschillende badhuizen geweest ben. Wat me wel opviel is dat ik elke keer gratis handdoeken kreeg in Korea, zowel de ruwe handdoek om je te schrobben bij het wassen als de zachte handdoek om je af te drogen, terwijl dit maar zelden inbegrepen was in de prijs in Japan. Dat vind ik wel heel goed en vooral praktisch als je reist en niet altijd veel goesting en tijd hebt om je handdoek te laten drogen. Ook hebben de Koreaanse badhuizen niet alleen douches met het krukje om op te zitten zoals in Japan, maar ook rechstaande douches. Om eerlijk te zijn vind ik het comfortabeler om op een krukje te gaan zitten ;-). Een ander iets is dat de badhuizen in Korea een massagetafel hebben en je kunt betalen om je te laten masseren. In Japan heb ik dat nooit gezien. Bij toch een redelijk aantal Japanse badhuizen waren er geen lockers om al je spullen in te steken, maar moest je het allemaal, behalve de schoenen, in een mandje steken en dat mandje in een hokje in een rek bergen. Bij de meesten had je dan wel kleine lockers om je waardevolle spullen in te steken. Ik weet niet juist hoe dat in Korea zit, maar in de twee plaatsen waar ik geweest ben, waren er lockers om al je spullen behalve de schoenen in te steken. Iets waar ik nu aan denk, maar dat niets met vergelijken te maken heeft: als je in Korea naar een badhuis gaat, dan liggen er haardrogers in de kleedkamer. Ikzelf droog persoonlijk nooit mijn haar met de haardroger, maar ik raad het voor de vakantiegangers niet echt aan om die haardrogers te gebruiken, want hier drogen ze daar hun schaamhaar mee ;-) Ik heb al twee keer een Koreaan zien zijn schaamhaar drogen met die haardrogers (jakkes)

- Zuid-Korea is merkelijk goedkoper dan Japan. Ik heb eigenlijk tot nu toe enorm veel geluk gehad met de wisselkoersen. Mocht ik nu opnieuw naar Japan gaan, zou alles veel duurder zijn. Toen ik in Japan aankwam, 30 juli 2008, was 1 euro 169 yen waard en op het toppunt. Gedurende mijn verblijf is de euro dan langzaam wat gezakt tot uiteindelijk rond de 145 yen en nu staat diezelfde euro nog maar genoteerd tegen 119 yen! Mocht ik nu naar Japan reizen zou ik dus 25 a 30% duurder uitgekomen zijn en bij een duurder land kan dat toch tellen (als de wisselkoers van de Indiase rupi 20% daalt, betaal je nog altijd twee keer niks bij wijze van spreken) En nu in Zuid-Korea heb ik ook geluk, want 1 euro staat rond de 1800 won genoteerd, het hoogste peil in jaren en voor hetzelfde aantal euro's krijg ik 50% meer won dan 2 jaar geleden. In het algemeen is de euro echter ferm aan het dalen tov de andere belangrijke munten. Ik hoop echter dat hij nu wat verder stand gaat houden of opnieuw gaat stijgen...

- in beide landen zijn ze enorm trots op hun nationaliteit en alles wat er mee te maken heeft en is gezichtsverlies een van de ergste dingen die hen kan overkomen. Ik denk dat dat in Azie in het algemeen zo zal zijn. In China is dat naar het schijnt ook.

- Uiterlijk van de mensen: Mickey Mouse is hier populairder dan in Japan. Je ziet veel meisjes met een tshirt van Mickey Mouse ;-) Een kapsel dat je ook veel ziet hier bij jonge meisjes en voor mij (en waarschijnlijk de meeste Europeanen) lelijk overkomt is halflang haar tot aan de kin en dan een froufrou die in een boog over het voorhoofd loopt, lager langs de kanten. Je ziet ook heel veel meisjes met krullend haar en veel oude vrouwen met een krullen permanent, terwijl ik me niet herinner van krullen gezien te hebben in Japan. Voor zover ik me herinner hadden ze daar allemaal recht haar. Ik had de indruk dat ze in Japan wel nog meer hun haar bruin kleurden dan hier en nog meer bezig waren met stijl en mode dan hier. In Japan waren ze daar eigenlijk enorm mee bezig. Toen ik in Zuid-Korea net aangekomen was, merkte ik meteen een fysiek verschil met Japanners. Koreanen zijn in het algemeen groter en struiser dan Japanners. Ook zijn de kaakbeenderen en kin van Koreanen over het algemeen breder dan bij de Japanners. Een gevolg van de smalle kin en kaakbeenderen bij Japanse meisjes is dat velen een kriskras gebit hebben (heeft soms ook wel iets schattigs trouwens) en in Japan dragen nog maar heel weinig mensen een beugel zoals bij ons (in Europa lijkt het soms mode van beugels - voor de minste imperfectie beginnen ze een beugel te dragen). Een ander weetje over Japan is dat ze traditioneel hun tanden met een soort zout poetsten. Wat Korea betreft, weet ik niet wat de traditie hiervan is.

- De douche en wc in Korea zijn bijna altijd in dezelfde kamer en de douche neem je door ofwel recht te staan in het bad ofwel recht te staan op de vloer als er geen badkuip is. Douchegordijnen kennen ze hier niet en soms wordt het een natte boel. Ook is het vervelend als je naar het toilet moet en iemand anders is zich aan het douchen, als je op een slaapzaal verblijft. Meestal is dat geen probleem en is er in de jeugdherberg nog een ander toilet, maar ik herinner me dat ik een van de eerste dagen in Busan opeens "verlichting" nodig had en ik terug ging naar dat appartement om naar het toilet te gaan. Het was echt een risico, want als er op dat moment iemand onder de douche had gestaan, dan had ik waarschijnlijk niets anders kunnen doen dan een emmer ergens vinden en op het terras... Enfin, dat was wat ze zeggen "just in time" ;-) In Japan zijn de douches ofwel kleine cabientjes zoals bij ons, ofwel heb je in het hostel of hotel een badruimte waar je je met twee of drie tegelijk kunt wassen, zittend op een krukje en als je proper bent, kun je soms nog het heet bad gebruiken. Je legt je kleren dan in de kamer ernaast in een mandje. Dat vond ik enorm praktisch: je moet niet oppassen dat je spullen nat worden en het voelt ook veel beter in zo'n ruime kamer je te wassen dan in een klein kotje.

- Schrift: apans gebruikt Kanji, Hiragana en Katakana. Kanji is eigenlijk het traditionele Chinese schrift, dus Japanners en Chinezen kunnen elkaars schrift min of meer begrijpen. Hiragana en Katakana zijn fonetische symbolen, maar kanji is heel moeilijk om te leren en een bepaald teken kan op totaal verschillende manieren uitgesproken worden naargelang de context. Als Japanners een boek lezen moeten ze eigenlijk constant de betekenis ervan kennen om te weten hoe ze de tekens moeten uitspreken. Koreaans schrift is eigenlijk heel simpel. Ik heb zelfs eens gehoord dat het het meest fonetische schrift ter wereld is. Het is een vijfhonderd jaar geleden, voor zover ik geloof, ontwikkeld op vraag van een koning en het is een heel wetenschappelijk en logisch schrift. Het Koreaanse schrift heeft Hangeul. Voordien gebruikten ze Chinees schrift. Toen Hangeul uitgevonden werd, waren veel geleerden er niet mee opgezet, omdat ze dachten dat kunnen lezen en toegang tot wijsheid enkel voor de rijkere klasse was en ze dit onderscheid wilden behouden tussen armen en rijken. Het Koreaans schrift komt ruwweg op het volgende neer: Twee of drie basistekens worden gecombineerd tot een teken dat een lettergreep voorstelt. Dit wordt gedaan door het eerste basisteken linksboven te plaatsen, het tweede basisteken rechtsboven en het derde basisteken onderaan. Dit vormt dan een eerste lettergreep en de tweede lettergreep vormt men op dezelfde manier en plaatst men dan naast de eerste lettergreep op dezelfde manier zoals wij letters naast elkaar plaatsen om een woord te vormen. Als je dit niet weet, denk je dus dat Koreaans uit duizenden verschillende rare tekens bestaat, maar al die "rare tekens" zijn eigenlijk opgebouwd uit een beperkt aantal verschillende subtekens. Een ander weetje is dat Korea de boekdrukkunst zou uitgevonden hebben, lang voor Gutenberg dat in Europa uitgevonden heeft.

- Toiletten: Zowel in Japan als in Korea heb je veel publieke toiletten, maar in Japan nog veel meer als in Korea. In Japan en Korea heb je enorm veel convenience stores en in Japan hebben ze praktisch allemaal een toilet, terwijl ze in Korea bij mijn weten nooit een toilet hebben. In beide landen kun je gewoon een groot hotel binnenstappen en vragen waar het toilet is en het zonder probleem gebruiken, of een restaurant of plaats voor koffie of bvb. de McDonalds. Dit is echt veel beter dan bij ons, waar ze soms 50 cent vragen voor de wc als je niets drinkt in een cafe of waar je zelfs soms geld moet betalen in sommige cafes als je uitgaat en zelfs als je er de hele tijd drinkt. Eigenlijk is dat schaamtelijk bij ons. In Korea hebben ze niet de superdeluxe toiletpotten als in Japan, maar gewoon de Europese toiletpot maar waarbij de bril meestal in het midden vooraan niet volledig doorloopt ofwel het traditionele toilet waarbij je moet hurken zoals in Japan. Maar meestal heb je western style of keuze tussen beide. In de toiletten van busstations of metro of treinstations is er normaal geen gratis papier, wat ook al zo was in Japan, maar dan ging ik gewoon naar de Mc Donalds of zo. Het wc papier hier is wel aangenamer dan in Japan. Het is hetzelfde type wc papier als in Belgie, terwijl het in Japan heel dun eenlaags wc papier was, wat niet altijd vrij handig is ;-)

- Uiteraard rijdt het hier vol met Hyundai's in plaats van Japanse auto's. De rijstijl van de Koreanen verschilt van die van de Japanners. Hier moet je soms echt wel uit je doppen kijken als voetganger, want velen tonen niet echt veel respect voor de voetganger en sommigen zijn echte wegpiraten. In Japan volgt iedereen mooi de regeltjes, wacht bijna iedereen tot het groen is om de straat over te steken en rijden ze ook niet rap. Een van de veiligste landen qua verkeer eigenlijk. In Korea zijn er twee soorten taxi's en de duurdere hebben een betere geschiedenis qua accidenten ;-) Taxi's zijn hier redelijk goedkoop, terwijl ze in Japan enorm duur zijn. In Japan staan de achteruitkijkspiegels van de taxi's vooraan op de auto, bijna boven de voorlichten en dragen de taxichauffeurs witte handschoentjes. In Korea staan de achteruitkijkspiegels van de taxi's op precies dezelfde plaats als bij de gewone auto's. In Japan wordt er links gereden, terwijl er in Korea gewoon rechts gereden wordt.

- De internetcafes in Korea zijn helemaal anders dan in Japan. In Japan krijg je in de meeste gratis een hele boel soorten frisdranken of soms zelfs ook softijs en moet je je bij velen lid maken. Over het algemeen zijn die plaatsen vrij rustig en kun je er een cabinetje huren en kun je er zelfs overnachten en een douche nemen. Ze heten manga kissa in Japan en hebben een uitgebreide bibliotheek met manga strips. In Korea zijn de internetcaffees veel goedkoper dan in Japan en heb je geen aparte kotjes en kun je er niet echt overnachten. In veel van die cafes is het erg luidruchtig, in het bijzonder als er kleine kinderen zitten te roepen terwijl ze computerspelletjes spelen. Computerspelletjes zijn razend populair in Korea en Korea is het land met het beste internet geworden sinds Starcraft uitgekomen is, omdat ze snelle verbindingen nodig hadden om dat spelletje te spelen. In Korea is het veel veel gemakkelijker om internet te vinden dan in Japan. In praktisch elke straat zie je een of meerdere borden met de letters "PC". Ik heb al gelezen dat Korea het meest bedraadde (qua internet) land ter wereld is. Je ziet ook dikwijls hier mensen op de metro televisie kijken op een klein schermpje (van hun gsm?) met een klein antennetje hierbij uitgerekt.

- De typische neonlichten in het straatbeeld 's nachts tref je zowel in Japan als in Zuid-Korea aan.

- Japan en Zuid-Korea hebben allebei een heel goed netwerk van publiek transport, waarbij het Zuid-Koreaanse publieke transport echter wel goedkoper is. Daarbij komt ook nog dat de lange afstandsbussen in Korea standaard veel comfortabeler zijn met veel beenruimte. Ik heb wel het gevoel dat in Japan de treinen nog een meer regelmatige service aanbieden dan in Korea, in de zin dat er meer treinen dagelijks rijden op een bepaald traject. Ik denk dat de bus relatief veel populairder tov de trein is in Korea dan in Japan... Ik geloof ook niet dat de metro's en treinen hier zo gechronometreerd zijn als in Japan, maar weet het niet zeker.

vrijdag 17 oktober 2008

Eindelijk veranderd van land: Zuid-Korea!

Op zes oktober ben ik dus met de Beetle Ferry (een snelle boot van drie uur, zweeft bijna boven het water) van Fukuoka naar Busan, Zuid-Korea, gereisd. Japan verlaten en Zuid-Korea binnengaan was echt een fluitje van een cent. Ik was vooral verbaasd dat het allemaal zo snel ging in Zuid-Korea: op twee minuten stond ik binnen. Toen ik van Rusland naar Japan was gegaan per boot, moesten we, eens in Japan, allemaal in de boot blijven wachten en al de Russen mochten voor bij de controle van de documenten. Dat zorgde ervoor dat we nog meer dan twee uur in de boot moesten wachten voordat we het land in mochten. En we moesten ook onze bagage helemaal uitkeren ter controle. In Zuid-Korea ging het zooo gemakkelijk: zalig! (Misschien is het wel anders als je van Rusland komt ipv Japan)

Busan: in Busan ben ik een viertal dagen verbleven. Ik verbleef in een jeugdherberg vermeld in Lonely Planet, maar eigenlijk was het meer een appartement op de 24e verdieping van een flatgebouw en waren drie kamers ervan met stapelbedden gevuld. Aan de ene kant was het leuk omdat het precies was alsof je een appartement met vrienden deelde, aan de andere kant was het ambetant als je wilde slapen en er een paar zijn die 's nachts liever drinken en lawaai maken... Mijn verjaardag heb ik niet echt gevierd omdat je zoiets eigenlijk alleen maar met vrienden, familie of collega's doet, enfin met mensen waarmee je toch een band hebt. 's Avonds ben ik met twee anderen een Koreaanse barbecue gaan eten en dan hebben we nog een pintje gedronken. Veel traditionele Koreaanse gerechten kun je niet alleen eten, maar je moet met twee of meer zijn, dus dan moet je ervan profiteren om eens iets nieuws te proeven als je met meerdere mensen gaat eten. Busan was een stad die wel heel mooi had kunnen zijn, maar het toch niet helemaal was, door al die hoge inspiratieloze flatgebouwen. In Busan aangekomen merkte ik meteen dat Korea een land is vol met bergen. Ik merkte ook meteen een ganse reeks van verschillen tussen Korea en Japan, die ik in een apart blogbericht nog eens ga opsommen. Een van de eerste dingen die opvallen, tenminste als je van Japan komt, is dat de straten vuil zijn en dat het goedkoper is dan Japan en dat mensen hand in hand of arm in arm lopen. In Busan heb ik het de eerste twee dagen eerder rustig aan gedaan en dan heb ik een dag heel veel gewandeld door de stad en tot op een van de eilanden en heb ik een paar stranden gezien en de vismarkt en de laatste dag ben ik opnieuw vrij actief geweest. Eerst ben ik naar het tempelcomplex Beomeosa gegaan ten noorden van de stad. Het waren de eerste Koreaanse tempels die ik te zien kreeg en dat was wel eens echt de moeite, omdat het er heel anders uitzag dan in Japan. Vooral de kleurrijke beschilderde buitenkant viel op, met groen de belangrijkste kleur, wat typisch is voor alle Koreaanse religieuze gebouwen blijkbaar. Rond de middag ben ik dan verder zuidwaarts en omhoog gewandeld naar een fort op een berg (van het fort blijft niets meer over, maar ze hadden wel sommige ingangspoorten gerestaureerd en de aflijning van het fort was zichtbaar door een lage stenen muur). Het waren redelijk veel stenen treden om tot boven te geraken en dat was wel wat ambetant, maar het was toch een leuke wandeling. Wat me wel opviel is dat er zoveel volk was op een weekdag en dat de Koreanen allemaal speciale wandelschoenen en kledij dragen. Dit is in overeenstemming met wat ik in Lonely Planet gelezen heb: Koreanen zijn fanatieke hikers (ik denk dat ze in het algemeen eigenlijk ook veel met hun gezondheid bezig zijn, want soms zie je toestellen voor fitness buiten in een park). De wandeling op het fort was redelijk afzien, want ik had maar een enkele keer gegeten en vergeten eten mee te nemen, dus voelde ik me wat flauwtjes) In de vroege avond vond ik dan ergens een stalletje en heb ik een soort van snack op een stokje gegeten (drie ervan). Het ziet eruit als een soort van pannenkoek die opgerold is en dan op accordeonachtige wijze op die stok gepriemd wordt en de smaak heeft iets weg van een pannenkoek volgens mij, maar het was gemaakt van vis. Ik vind het eigenlijk persoonlijk maar rommeleten, maar had absoluut wat voedsel nodig. Ik ben dan juist voor sluitingstijd en voor het donker 's avonds nog tot het kleinere tempelcomplex Seokbulsa geraakt. Dat was ook wel echt de moeite: prachtige boeddha figuren uitgekerfd in de rotsen waren daar te bewonderen. Het was dan wel na zes uur al, donker en ik zat op een berg, wist niet zo goed de weg en ik was ook wat moe want ik had zeker meer dan 15km gewandeld. En de kabellift die me normaal naar beneden had kunnen brengen was op dat uur ook al gesloten. Ik verliet het tempelcomplex tegelijkertijd met twee vrouwen, waarvan een jongere vrouw in haar auto stopte en ik vroeg aan de oudere vrouw of ze me niet naar de stad kon brengen, omdat ik dacht dat de jongere vrouw misschien nee zou zeggen als ik het op een directe manier zou vragen en ik meer kans maakte bij de oudere vrouw om een lift te krijgen en ze het anders nog altijd aan de jongere vrouw kon vragen. Ik probeerde ook te vertellen hoe moe ik was en hoeveel ik gehiked had ;-) Feit was dat ik echt geen zin meer had om in het donker nog een paar km naar beneden te wandelen en niet precies te weten waar ik ging uitkomen in tstad. De oudere vrouw vroeg het aan de jongere vrouw (ik had een hotel vermeld omdat ik nog naar een publiek bad ging in die buurt) en die zei eerst van nee omdat ze niet naar daar moest, maar toen ze eventjes later effectief vertrok mocht ik toch mee met haar en ze bracht me ergens op een heel andere plaats dan waar ik moest zijn, maar vlakbij een metrostation, dus ik was heel content! En dan ben ik, voor de tweede keer, naar het publiek bad Hurschimchung Spa gegaan, naar het schijnt het grootste van Azie. Er waren heel veel verschillende baden en ook een lounge waar je kon rusten en iets drinken of eten. Je kon er zelfs wat slapen en ze hadden een soort van zuurstofkamer, een soort van grote frigo en nog een aantal andere speciale kamers. En ook een kamer voor dvd's en zo. In Korea heb je dat bij alle publieke baden en in vele kun je ook overnachten in een slaapzaal. In Japan heb je zoiets niet. Eens je het publiek bad daar verlaat, ben je buiten en kun je misschien wat in de lounge zitten van de entree, maar als je er opnieuw wilt gaan naar het bad, moet je opnieuw betalen en je kunt er zeker niet overnachten of films bekijken. Maar de inrichting van de baden in Japan vond ik wel stijlvoller dan dit bad in Korea. Japanners zijn ook een van de volkeren die meest met stijl en harmonie inzitten. Ik denk dat het verder ook het properste land ter wereld is. Properheid is in Japan een essentieel onderdeel van hun cultuur. Wat ook wel goed is, is dat je in Korea heel goedkoop kunt eten. In Busan heb ik twee keer ergens gegeten voor 3000 won, minder dan 2 euro, en mijn buik stond op ontploffen. Ze geven je altijd een heleboel bijschoteltjes en als je dat dan allemaal opeet, kan het soms heel veel zijn. En omdat het veel groenten en rijst is, lukt het niet altijd goed om naar de wc te gaan. Het meest typische gerecht van Korea is Kimchi, het is een soort van witte kool of zo die gefermenteerd wordt en dan doen ze er nog een soort rode peper bereiding rond om het wat pikant te maken. Bij praktisch elke maaltijd krijg je een klein potje met kimchi als bijgerecht.

Seoul: Ik dacht eerst om naar Seoel te gaan met een tragere en dus goedkopere trein, maar die was volzet op dat uur en dan heb ik maar besloten om de hele rappe trein te nemen, die er slechts drie uur over doet. Twas wel wat ambetant dat die trein achteruit reed. Hij zal in twee richtingen tussen de twee steden rijden zeker, zonder te keren... Ofwel is het een soort Koreaans bijgeloof ;-) In Seoel ben ik acht dagen gebleven. Niet dat er zo veel op toeristisch vlak te doen is eigenlijk, maar ik kende er Jae Won, een Koreaan die ik op de trein van Irkutsk naar Vladivostok heb leren kennen en Ciska, die al een paar jaar in Korea woont en getrouwd is met een Koreaan en samen nog met mij in klas gezeten heeft in het middelbaar in Knokke. Ook wil ik in Seoel aan een chinees visum geraken en ik had in Nagasaki een Duitser leren kennen die in Seoel woont en die me een reisbureau kon tonen die daar normaal kon voor zorgen.

De vrijdag dat ik in Seoel aangekomen ben, heb ik niet te veel meer uitgespookt, eens ik mijn hostel had gevonden. Het eerste hostel waar ik verbleef, Windroad hostel, was gelegen vlakbij een studentenbuurt. De buurt vond ik wel leuk, met veel goedkope restaurants ook, maar het hostel vond ik niet te veel raars. De basisprijs was goedkoper dan sommige andere hostels, maar dan probeerden ze je op andere manieren af te zetten. Zo moest je 4000 won betalen voor de wasmachine en als je meer dan een half uur op internet zat, moest je zogezegd 2000 won per uur betalen (in de meeste internetcaffees, met goede computers in tegenstelling tot dat oude ding van een pc in het hostel, betaal je slechts 1200 a 1500 won). 's Avonds kon je in dat hostel ook niet op de computer en kon je enkel buiten op een koertje in de zetel zitten en de douchekop gaf niet genoeg druk, dus kon ik mijn haar er niet wassen. Ik ben er toch drie dagen verbleven, omdat ik ook niet graag de ganse tijd van plek verander.

Zaterdag had ik dan met Jae Won afgesproken en we hebben een soort Koreaanse barbecue met Bulgogi gegeten en een beetje gewandeld. En 's Avonds hebben we dan weer afgesproken om iets te gaan drinken en zijn we iets anders gaan eten en dan naar een karaoke gegaan (geen publieke karaoke, maar een kamertje apart) en hebben we alletwee eens goed vals gezongen, maar het heeft toch deugd gedaan! En daarna zijn we nog een pintje gaan drinken. Het werd redelijk laat, want hij kon pas om 5u30 de eerste metro naar huis terug nemen.

Zondag heb ik dan maar wat uitgeslapen en zo. Het deed deugd om nog eens wat rond te hangen met iemand waarmee het wat klikt en waarmee ik al een stapje verder sta in de communicatie dan "where do you come from?".

Maandag ben ik dan veranderd van hostel en ben ik naar www.bananabackpackers.com verhuisd. Dat was een klein beetje duurder dan het eerste, maar de wasmachine was gratis, er waren drie computers met 24 uren per dag gratis internet, je kon binnen in de zetel zitten en er was een gratis ontbijt (toast met confituur en bananen). Het enige nadeel was dat ik de buurt iets minder levendig vond en de restaurantjes ietsje duurder waren om te eten. Ik ben er vier nachten verbleven en toen ik er nog een nacht langer wilde blijven was het al volzet. Ik heb dan maar iets anders gezocht en vijftig meter ervan was er een andere plek, Beewon guesthouse. Het was een klein beetje duurder, maar eigenlijk vond ik het voor mij persoonlijk de gezelligste plek en het was ook met gratis wasmachine, internet en ontbijt. Het was een goeie mix van aziaten en westerlingen en van jonger en ouder volk en ik vond het ook de properste plek. Het enige wat ik hier overal ambetant vind in de hostels is dat de douche en het toilet in dezelfde plek zijn en dat er geen douchegordijn is. Als er iemand doucht, kun je dus niet naar het toilet en als je naar het toilet gaat nadat er gedoucht is, moet je oppassen want de vloer is nat (en mogelijk ook de toiletbril). Dat vind ik een vervelend systeem. Tschijnt dat dat in Taiwan ook zo is. Een Japanner vertelde mij in een van de hostels dat hij de indruk had dat ze in Korea dingen ontwierpen vanuit het oogpunt van de maker in tegenstelling tot Japan waar ze dingen ontwerpen vanuit het oogpunt van de gebruiker. Ik moet zeggen dat ik niet lang genoeg in Korea ben om hier goed over te oordelen, maar dat ik denk dat dat waarschijnlijk overdreven is, maar de bewering over Japan klopt als een bus! Japanners zijn erg creatief voor het uitdenken van praktische oplossingen, zodat de gebruiker zo veel mogelijk op zijn gemak is en dat vond ik persoonlijk wel een zalige luxe.

Maandag en dinsdag heb ik dan wat rondgewandeld in Seoel en heb ik gereserveerd voor een excursie naar de grenszone met Noord-Korea, voor de donderdag. De dinsdag ben ik ook naar het War Memorial museum geweest die de geschiedenis toont van de vele oorlogen waar Korea tot nu toe in verwikkeld is geraakt (tussen de verschillende koninkrijken, de oorlogen met de Japanners en dan de Koreaanse oorlog). Het museum is zeker aan te raden: het bevat antieke wapens, er zijn overal Engelstalige pamfletten met informatie en er zijn videovoorstellingen oa in het Engels en ook bepaalde voorstellingen waarbij holografisch gevormde miniatuurfiguurtjes bepaalde scenes uit de Koreaanse geschiedenis opnieuw speelden. Ik wist vroeger ook niets over de Koreaanse oorlog en zeker niet dat er ook nog Belgen daar gevochten hebben voor de VN.

Woensdagmorgen ben ik dan 's morgens naar een van de paleizen van Seoel geweest, Chandeokgung, waar de koning en koningin nog geleefd hebben in de Joseon dynastie, als ik het goed onthouden heb. Ze sliepen in aparte kamers en dan was er een gang die de twee kamers met elkaar verbond voor als ze hun plicht moesten vervullen... Ook legde de gids uit waarom er op bepaalde daken op de vier hoeken kleine figuurtjes stonden: dat was om het gebouw te beschermen. Hoe meer figuurtjes, hoe belangrijker het gebouw en hoe meer bescherming nodig was. Het aantal figuurtjes was altijd een oneven nummer en het maximum aantal was negen als ik me goed herinner. Er was ook een Secret Garden, maar zo geheimzinnig was die niet, behalve dat die vroeger enkel toegankelijk was voor een beperkt aantal personen van de hoge klasse. 's Middags had ik dan afgesproken met die Duitser, Mirko, in Itaewon, de buurt waar alle buitenlanders zitten in Seoel, en in het eerste reisbureau zeiden ze dat je een papier moest hebben dat je in Zuid-Korea woont voor een Chinees visum en in het tweede reisbureau zeiden ze dat je gewoon je paspoort, een pasfoto en een ingevuld applicatieformulier nodig had. Ik hoop dat ze het bij het rechte eind hadden! In de loop van volgende week ga ik eens naar hen bellen om te vragen of het allemaal in orde is. Het zou stom zijn als ik speciaal naar Belgie zou moeten gaan voor een Chinees visum! Dan zou ik wel een andere keer gaan... Met de olympische spelen was het opeens verstrengd en moest je zelfs hotelreservaties kunnen voorleggen en je vliegticket om te bewijzen dat je effectief vertrok... pfff... Daarna heb ik een beetje langs de Han-rivier gewandeld en om 18u45 had ik afgesproken met Ciska. We zijn iets gaan eten dat je zelf moest klaarmaken op tafel in een soort van pot, waar je dan plakjes vlees en groenten in gooit en als het klaar is, smijt je het dan in je taloor ;-) Het deed deugd om nog eens West-Vlaams te babbelen en Ciska was de eerste West-Vlaamse (of moet ik nu zeggen Koreaanse ;-p) die ik gezien heb in de vier maanden dat ik weg van huis ben. Het dichtste dat ik tot nu toe tegengekomen ben, was Gent, en eigenlijk heb ik maar een stuk of vier keer Vlamingen ontmoet, waarvan twee keer ik ze gewoon Vlaams hoorde klappen op straat (maar natuurlijk met het verkeerde accent haha). Soms kom ik ook Hollanders tegen en dan probeer ik beschaafd Nederlands te praten, maar voel ik me precies terug op school. Eigenlijk voel ik me haast nog meer op mijn gemak in het Engels dan in het standaard Nederlands. Enfin, we (Ciska en ik) zijn dus samen iets gaan eten en erna een koffie gaan drinken (Tis te zeggen, ze heeft mij getrakteerd! Ik probeerde nog mijn geld uit mijn zakken te halen, maar ze was me telkens te snel af. Traag zijn heeft soms ook voordelen ;-) ). Het was erg leuk om haar na al die jaren nog eens terug te zien in Korea. Ik vind het wel straf dat ze hier is blijven plakken, zo ver van Belgie en met zo een verschillende taal. Ze heeft sinds kort zelfs een job waar ze heel de dag in het Koreaans moet babbelen! Normaal gezien gaan we nog eens afspreken voordat ik naar China vertrek.

Donderdag moest ik heel vroeg opstaan, rond zes uur, want rond zeven uur moest ik aan het gebouw van de USO staan om de excursie naar de grenszone te doen. De bus ging om 7u30 vertrekken, maar we moesten eerst nog ons paspoort ook tonen. We vertrokken met twee bussen en ik kwam een Nederlander tegen die in Busan in hetzelfde hostel als ik een nacht verbleven had. De tour viel wel mee, maar veel om te fotograferen was er volgens mij niet. Het was heel de dag ook vrij mistig en je kon niet veel zien. Overal langs de Han-rivier was er prikkeldraad en er waren posten met soldaten gestationeerd om mogelijke Noord-Koreaanse indringers tegen te houden. De neutrale grenszone (Joint Security Area of Panmunjeom in het Koreaans) zelf was vier km breed en daarin waren er zowel Zuid-Koreaanse als Noord-Koreaanse soldaten, en ook Amerikanen en een handvol Zwitsers en andere nationaliteiten. De blauwe gebouwen zijn over het algemeen van de VN en de grijze gebouwen van de Noord-Koreanen. Vroeger konden beide kampen overal binnen deze zone zich begeven, maar in 1984 was er een accident waarbij twee Amerikanen door de Noord-Koreanen vermoord zijn geweest. De Amerikanen wilden toen een boom kappen omdat die in de weg stond om een Noord-Koreaans gebouw in de gaten te kunnen houden en de Noord-Koreanen wilden dat niet en begonnen te vechten. Sinds toen is de neutrale zone in twee gebieden verdeeld, een gebied voor Noord-Korea en een gebied voor Zuid-Korea. Op een bepaald ogenblik gingen we binnen in een gebouw waar besprekingen tussen beide kampen plaatsvinden en de ene kant van dat gebouw is dan van Noord-Korea en de andere kant van Zuid-Korea en we wilden dan allemaal een keer aan de andere kant van de tafel staan natuurlijk... Op de tafel stonden er drie microfoons zodat alles dat in die kamer gezegd wordt gehoord kan worden en de hele grenszone staat vol met camera's. Buiten konden we vanop afstand een Noord-Koreaanse soldaat zien en hij stond de hele tijd met een verrekijker naar ons te gapen. Er was een bepaalde dress code waar we ons moesten aan gapen en bepaalde toeristen die begonnen te wijzen naar de soldaat werden er door de Amerikanen nadrukkelijk op gewezen om geen gebaren te maken. Er waren ook een aantal Zuid-Koreaanse soldaten daar voor onze bescherming, die stokstijf in een gemodifieerde taekwondo pose stonden. Sommigen stonden half achter een gebouw weggestoken omdat het veiliger was: als ze beschoten werden konden ze dan meteen dekking zoeken. Die Noord-Koreaanse soldaat stond echter wat te ver om er een deftige foto van te trekken, zelfs met mijn optische zoom. Een ander verhaal dat ze vertelden was dat een Russische toerist die een toer deed in Noord-Korea een twintigtal jaar geleden er weggevlucht is naar Zuid-Korea op die manier en dat er een Amerikaan daardoor toen omgekomen is. Voor de rest hebben we dan nog eens wat rondgekeken naar Noord-Korea (eigenlijk zag het landschap er niet zo veel anders uit dan Zuid-Korea haha) en er was een gigantische mast in de verte te zien (door de mist heen) die een van de grootste vlaggen ter wereld draagt. De vlag van Noord-Korea daar weegt ongeveer 300kg en het moet al heel hard waaien vooraleer die begint te wapperen. Een andere wetenswaardigheid over de grens tussen beide landen is dat het vol met landmijnen ligt en dat het een uniek natuurreservaat is met vele wilde dieren omdat er geen mensen komen. Daarna zijn we naar een dorp in de grens gaan eten in het enige restaurant dat er is en na de middag zijn we naar de derde tunnel gegaan die ontdekt is door de Zuid-Koreanen en door de Noord-Koreanen gegraven werd. De tunnel was ongeveer een mijl lang en diende om spionnen in Zuid-Korea te krijgen of om bij oorlog de bevoorrading van de zuid-Koreanen aan de grens af te snijden. Vier tunnels zijn ontdekt maar vermoedelijk zijn er nog meer van die tunnels. Voordat de tunnel gevonden was hebben de noordkoreanen de muren zwart gemaakt met steenkoolgruis om het te doen lijken alsof het een verlaten steenkoolmijn was ;-) Enfin, we zijn eens in die tunnel geweest, maar we hebben het allemaal overleefd... Ik was wel vrij moe toen ik terug in het hostel was.

Vrijdag heb ik dan niet zo veel uitgespookt en zaterdag ben ik opnieuw naar het reisagentschap geweest om hen mijn paspoort, pasfoto en applicatieformulier te geven voor het Chinese visum (ik had mijn paspoort donderdag nodig voor de excursie naar de grens). De zaterdag ben ik dan verder ook nog naar Ingwasan geweest, een soort heuvel in het noordwesten van Seoel waar je een aantal religieuze gebouwen vindt en een aantal rotsen met gaten erin door erosie en waar ze aan shamanisme doen. Ze bidden tot goden of zo en ze geven wat eten omdat ze geloven dat de geesten ook eten nodig hebben. Ik zag een gedroogde vis in een van de gebouwen en ik zag buiten een man bidden en een beetje verder lag er een rauwe biefstuk met wat vliegen op... Het was wel een leuk zicht over de stad vanaf daar, alleen jammer dat er de laatste dagen zoveel mist is. Ik was trouwens ook van plan om naar Bukhansan te gaan, een iets hogere berg ten noorden van Seoul, maar ik had geen goesting met die mist omdat ik liever een goed zicht heb. De zaterdag ben ik dan ook nog naar Seodaemun gevangenis geweest, een gevangenis gebruikt door de Japanners tijdens de bezetting, om de Koreanen die rebelleerden een "lesje" te leren. Dit was eigenlijk niet zo veel de moeite. Zondag ben ik dan met de express bus naar Sokcho, aan de oostkust dichtbij de grens met Noord-Korea, vertrokken.

Samenvatting van mijn laatste weken in Japan

Tis al een eind geleden dat ik nog eens wat geschreven heb... enerzijds omdat ik een tijdje niet zoveel goesting had om te schrijven, anderzijds omdat het te lang geleden was en er veel te veel te schrijven was dat ik geen goesting had om er aan te beginnen. Of ik vond geen moment om me eens op mijn gemak te zetten aan de computer en te schrijven.

Ik zal ruwweg het laatste stuk van mijn verblijf in Japan hier schetsen:

Kyoto: in Kyoto ben ik een zestal dagen gebleven. Kyoto is een van de vroegere hoofdsteden van Japan en klinkt heel bekend in de oren vanwege het befaamde "Kyoto akkoord". Het was een aangename stad. De layout van de stad was schaakbordpatroon, wat het heel gemakkelijk maakte om mezelf te orienteren. Enerzijds was het heel druk langs die grote lanen, maar anderzijds had je heel veel kleine steegjes in elk schaakbordvak, parallell met de grote lanen, en dat maakte het ideaal om te fietsen. Het was heel aangenaam om zo snel de rust van die kleine straatjes te kunnen ervaren, terwijl je toch in een redelijke stad je bevindt... In Kyoto verbleef ik in drie plekken. Eerst in J-hoppers, maar ik vond de locatie iets minder en het feit dat je moest betalen voor het gebruik van internet (dat vind ik zo een geldstekkerij... tegenwoordig is dat in bijna alle jeugdherbergen of guesthouses gratis). Daarna ging ik naar cheapest inn, wat heel goedkoop had moeten zijn (1000 yen) als je je eigen slaapzak mee bracht, maar blijkbaar was de airco in die kamer kapot zodat ik niet anders kon dan 2500 yen te betalen voor een dormitory bed. Ze waren er niet zo super vriendelijk en de atmosfeer was vrij saai daar, maar er was wel gratis internet. Uiteindelijk ben ik dan naar Gojo guesthouse geweest, en dat was het beste. Gratis internet, niet zo veel backpackers maar gemakkelijk om contacten te leggen en een leuke mix tussen japanners en buitenlanders en heel vriendelijke mensen die er werkten (ik kon er een praatje mee maken en had niet het gevoel dat ze me op een puur zakelijke manier behandelden zoals op zoveel andere plaatsen) In Kyoto heb ik wat tempels gezien, wat met de fiets rondgereden, de duizende torii bezocht, het gouden en het zilveren paviljoen bezocht (het zilveren heeft nooit een zilveren bekleding gekregen eigenlijk en ze waren het nu aan het restaureren). Ik ben ook twee keer naar een publiek bad geweest in Kyoto en ze hadden weer iets nieuws voor mij, op beide plekken: een elektrisch bad! Het principe is: een bad van ongeveer 1.5m op 1.5m met heet water en langs twee tegenover gestelde kanten een diode. Naargelang hoe diep je in het water stapt, worden andere spiergroepen gestimuleerd ;-) Tis wel een raar gevoel om je bilspieren, buikspieren of schouderspieren willekeurig samen te voelen trekken zonder dat je er iets aan kunt doen. Lang ben ik er ook niet in gebleven... Gojo guesthouse was vlakbij Gion district in Kyoto, een buurt waar 's nachts soms geisha's gespot kunnen worden. En ik had geluk op een dag, toen ik met de fiets terugkeerde, want ik zag een geisha over straat lopen. Ze gaan wel heel snel, want mensen willen foto's trekken en dat vinden ze meestal ambetant. Ik had mijn fototoestel niet bij toen... Ter info: geisha's zijn vrouwen die opgeleid zijn om te dansen en te zingen en te entertainen en een soort muziekinstrument met drie snaren te bespelen (kan niet op de naam komen). Ze doen dit in prive met een bepaalde klant en die moet er veel geld voor over hebben om een uurtje bij die geisha te zijn. Ze dragen mooie traditionele kleren en hun gezicht is in het wit geschminkt. Het aantal geisha's in Japan vermindert elk jaar. Er zijn scholen om geisha te worden en de leerling-geisha heet maiko. De geisha's zijn geen prostituees maar louter artiesten, maar zijn historisch wel ontstaan uit een soort van prostituees die naast hun artiestieke diensten dan ook andere kunsten aanboden voor sommige rijke members ;-)

Himeji: op weg van Kyoto naar Hiroshima ben ik gestopt langs Himeji. In Himeji staat een van de mooiste kastelen van Japan en het is ook een van de weinige die niet vernietigd is geweest door oorlogen. Het was de moeite om eens te zien en in rond te lopen, maar voor de rest was er in die stad niets, dus ben ik dan maar verder gereisd (per trein, want het regende en ik was het liften een beetje beu geraakt) naar Hiroshima.

Hiroshima: was interessant vanwege het grote museum van de atoombom. De eerste nacht heb ik in een internet cafe geslapen omdat ik te laat aankwam en de volgende twee nachten in J-hoppers Hiroshima. Heel veel informatie over de atoombom en ook de getuigenissen in de Memorial Hall waren indrukwekkend. Het museum was heel goedkoop (minder dan een euro) en eigenlijk had ik het misschien beter in twee keer gedaan, want het was eigenlijk een beetje te veel informatie voor in een keer) Wat de getuigenissen betreft: ik wist voordien niet dat de slachtoffers zo veel naar water ankerden door de brandwonden. Maar de andere overlevenden mochten hen geen water geven, omdat ze zeker rap zouden sterven als ze hen water zouden geven. Dit zou zijn doordat het water zo een verlichting zou bieden tegen de verschrikkelijke pijn, dat ze terstond zouden inslapen en sterven. Veel getuigen hebben er voor de rest van hun leven spijt van gehad dat ze andere mensen die smeekten voor water (misu kurasai = water alstublieft) geen water gegeven hebben en dat die dan toch gestorven zijn (ze konden even goed water gekregen hebben om hun pijn te verzachten dan). Ook het verhaal van de Koreanen die als een soort slaven behandeld werden om daar te werken en slachtoffer werden is aangrijpend. Aan de andere kant is het fascinerend dat die stad zo rap weer opgebouwd is en bruist van het leven, terwijl ze na de bom voorspeld hadden dat er 75 jaar niets zou groeien. Voordat ik er ging had ik ook een soort gevoel dat het niet zo gezond zou zijn om daar te gaan, maar blijkbaar niet. Ze vertelden me ook dat er korte tijd na de bom een typhoon was die al de radioactieve vuiligheid meesleurde in zee. Het symbool van de atoombom is de atomic bomb dome, het gebouw met de koepel dat herleid werd tot een ruine door de val van de atoombom en het is nu unesco world heritage... Ik ben ook naar het eiland geweest waar de beroemde tori in de zee staat (Miyajima of zoiets). Torii zijn een soort van poorten tussen de gewone wereld en de spirituele wereld en ze vormen de ingangen van shinto shrines. Shinto is de oudste godsdienst van Japan. In Japan hebben ze shinto en buddhisme en die worden dikwijls wat gecombineerd. Shinto is een soort natuurgeloof met duizenden goden, maar het fijne weet ik er ook niet van. Ik heb ook de lokale specialiteit van Hiroshima geprobeerd: okono miyaki. Een soort pannenkoek met vanbinnen groenten en spek en sojascheuten erin. Heel lekker en het is gewoon een plezier om ze het te zien klaarmaken op de hete kookplaat. Op Miyajima heb ik een variant gegeten met vijf gebakken oesters erin. Ja, ze eten oesters hier ook gebakken. Vanbinnen smaken die wel nog wat rauw. Ik ben eigenlijk niet echt een fan van oesters, maar wilde het wel eens proberen.

Fukuoka: Van Hiroshima ben ik dan naar Fukuoka (of Hakata) gegaan, de hoofdstad van het zuidelijkste eiland van de 4 grote eilanden waaruit Japan opgebouwd is, Kyushu. Ik had een trein genomen een klein beetje buiten Hiroshima met het idee van verder te liften, maar ik kwam ergens in het midden van het gat van Pluto terecht. Ik kreeg dan een lift van een dame naar een plaatsje een beetje verderop de weg, minder een boerengat. Vandaar wandelde ik dan naar de oprit van de autostrade, toch een km of zeven of zo. En dan was het bijna donker en de kloterij was dat er geen enkele auto stopte voor mij... Ik dacht eerst, verdomste klojos, dan slaap ik hier maar ergens in het gras. Maar het was rond acht uur en ik had geen zin om me daar nog een paar uur te vervelen alvorens de slaap te kunnen vatten en er waren ook kleine muggetjes daar die verzot zijn op Westers bloed. Het vervelende van die plaats was dat er twee treinstations waren, ene met de gewone, dus tragere maar goedkopere trein en ene met de ultrasnelle maar dure trein, de shinkansen of bullettrein (kogeltrein). Die laatste zweeft als het ware en wordt door een magnetisch veld contactloos langs de rails geleid. Het station van de shinkansen was vrij dichtbij en het andere veraf, dus besloot ik maar om eens de shinkansen te nemen. Voor een keer in mijn leven, dacht ik. Dus nam ik de shinkansen naar Fukuoka. Het voelde wel wat raar in die trein. Door de snelheid voelde ik me heel lichtjes ongemakkelijk. Maar heel lichtjes, want ik heb zelfs een boek gelezen. In Fukuoka heb ik dan de eerste nacht in een hotel vermeld in de Lonely Planet verbleven, in een dormitory van vier bedden. Het komieke was dat ik diagonaal moest liggen, want dat het bed anders te kort was (en het bed stond aan beide uiteinden compleet tegen de muur). De volgende twee nachten heb ik dan in Khaosan verbleven. In Fukuoka heb ik eigenlijk niet zo veel gedaan, gewoon een beetje rondgewandeld en soms eens een koffietje gedronken en een beetje gelezen. Op den duur hoef je ook niet meer elke keer alles plat te lopen en alle toeristenattracties te zien en in Fukuoka is er eigenlijk ook niet echt iets toeristisch te zien. Iets typisch voor Fukuoka wat je bijna nergens anders in Japan aantreft (eigenlijk nergens anders voor zover ik weet) zijn de straatstalletjes met eten die vanaf 's avonds in bepaalde buurten zit. Je kunt dan ook op een stoeltje zitten en iets bestellen en je hebt veel kans dat ze je gaan vragen waar je vandaan komt en hoe lang je in Japan blijft. De specialiteit daar is Tonkotsu ramen: het is een soort van noodles en er is gebruik gemaakt van varkensbeenderen om het te maken, maar ik heb niet juist verstaan in welke manier. Feit is dat het ferm stinkt als je er passeert, maar als je er zit en er dan van eet, is het best wel eens lekker.

Beppu onsen: een onsen oord met heel veel heetwaterbronnen aan de oostkust van Kyushu. Ik ben er met de bus naartoe gegaan en ben er een tweetal dagen verbleven, in een goedkope guesthouse van enkel 1500 yen per dag. Ik ben er eens naar een onsen geweest met zicht op zee en de tweede dag regende het en heb ik heel veel gewandeld en de hellen bezocht, of beter gezegd, stomende heetwaterpoellen met verschillende kleuren (hellen is een idiote naam volgens mij, maar de Japanners maken er graag een spektakel van en zetten er dan een standbeeldje van een zogezegde duivel bij en hup... hahaha... scary) Er was een blauwe poel, wit (ik vond het niet al te wit eigenlijk), een rode poel, modderpoel en nog een paar. Het was eigenlijk wat duur voor hetgeen het was maar ik wilde die rode poel en die modderpoel wel eens zien. s Avonds ben ik dan naar een gemixte onsen geweest. Binnen was het gescheiden en buiten waren er een paar grote baden, met bruin water en veel modder op de bodem. Het heeft wel goed deugd gedaan dat bad. Het enige nadeel is dat ik geen handdoek had en me een beetje afdroogde met mijn lichtbruine tshirt van quechua en nu blijkt die na drie keer in de wasmachine nog altijd naar die modder te ruiken...

Nagasaki: dan heb ik een bus genomen naar Nagasaki, de Japanse stad waar de tweede atoombom gevallen is. Ik ben er vier dagen gebleven, maar de eerste twee dagen was het echt slecht weer. Het regende zonder stoppen. De reden was een typhoon die van Taiwan kwam en onze richting opging. Eens die gepasseerd was (hij passeerde niet via Nagasaki, maar langs de zee naar het oosten), was het opeens schitterend weer. In Nagasaki verbleef ik in Akari Guesthouse. Het was echt een goeie plaats om te verblijven. De dormitory was ruim, het was nieuw (geopend in februari 2008), proper en de mensen die het open hielden waren warm en vriendelijk. Het was ook nog eens heel goed en centraal gelegen, naast de rivier en vlakbij een aantal mooie stenen boogbruggen (die wel eens weggespoeld zijn maar dan weer opgebouwd zijn met dezelfde stenen, waarvan een brug in het bijzonder als toeristische attractie gekende is, een soort brug met twee bogen onderaan en een enkele boog langs boven (heb ik een foto van)). De eerste twee dagen heb ik dus niet al te veel uitgespookt daar door het slechte weer. Ik ben onder andere naar het museum van de atoombom daar geweest. Het was wel interessant, maar veel kleiner dan in Hiroshima. De getuigenissen van de slachtoffers waren ook de moeite. Maar het was wel nog een goeie plaats om volk te leren kennen dat guesthouse en s avonds liep ik eens alleen over straat in een buurt en begon ik met een Japanner te spreken en ben ik met hem in een aantal plaatsen dan een pintje gaan drinken en zo. En de volgende avond opnieuw. Dat was wel eens leuk. Toen het de derde dag dan goed weer werd, ben ik naar een eiland geweest met de boot en naar een onsen geweest. Er was een combiticket voor een enorm lage prijs, 1000 yen slechts voor retour met de ferry en de onsen. De onsen was echt enorm zalig daar. Binnen waren er verschillende baden: koud bad, een houten kuip, een stenen bad en ik geloof ook nog een houten bad en een sauna (maar sauna doe ik nooit want daar hou ik niet echt van omdat je er nooit goed in kunt ademen. In een heet bad zweet je ook maar heb je tenminste frisse lucht. Veel beter voor mij persoonlijk!) Buiten waren er dan drie kleine metalen kuipen waar ik eigenlijk niet volledig in kon en dan een groter bad ook. En dit alles met zicht op zee! Fantastisch gevoel was dat!!! De zon kon ik niet zien onder gaan daar, maar ik heb er wel gekeken hoe het licht verdween tijdens de zonsondergang en ik zag de zee en bergen aan de overkant terwijl ik daar in dat bad lag te relaxen. Nagasaki was ook heel mooi snachts, omdat het allemaal heuvels heeft en dan de lichten en zo. Gezellige sfeer. Nagasaki heeft ook een rijke geschiedenis. Het was lange tijd de enige plaats van Japan waar contact met het westen mogelijk was. Eerst vooral via de Portugezen tijdens de christelijke eeuw en dan later, toen katholicisme verbannen werd, enkel door een handvol Nederlanders die een klein kunstmatig eilandje in Nagasaki toegewezen kregen als verblijfplaats (de listige Nederlanders, protestanten, hadden de Japanners wijs gemaakt dat de Engelsen katholieken waren, zodanig dat zij de enigen waren om handel te drijven met de Japanners.) Een typisch gerecht in Nagasaki was Sjampoo, een soort van ramen met onder andere inktvis erin.

Fukuoka opnieuw: van Nagasaki ben ik dan terug naar Fukuoka gegaan, ditmaal liftend. Na meer dan een uur had ik nog altijd geen prijs en ik vond het toch raar dat het mij niet lukte in Kyushu, want sinds Hiroshima heb ik veel andere reizigers tegengekomen die ook gelift hebben. Dus begon ik maar te buigen naar de auto's die passeerden en al snel stopte er een, maar die bleek ergens nog voor een paar uren te stoppen in het midden van de route. Maar ik was blij dat er eindelijk een auto had gestopt voor mij! Ik ging verder met buigen en vijf minuten later stopte er een andere auto en had ik mijn lift beet. Hoera!!! Ik ben dan nog een paar dagen in
Fukuoka gebleven en heb er eigenlijk niet te veel uitgespookt. Ik ben er wel eens uitgegaan de vrijdagavond. Ik had van Ryan, een Engelsman, in Nagasaki gehoord dat hij in Fukuoka naar de club met de stijlvolle naam "the happy cock club" was geweest voor een all-you-can-drink avond en aangezien het heel lang geleden was geweest dat ik echt nog eens uit geweest was naar een plaats met wat muziek om te dansen (de Japanse bars zijn meestal kleine plaatsen met een stoel of vijf. Dikwijls zit er niet te veel volk) wilde ik dat ook wel eens doen. Het was wel plezant. Ik heb redelijk veel gedronken en ik was rond vijf uur terug, maar ik was blij dat ik op tijd gestopt was met drinken zodanig dat ik geen enkel probleem gehad heb met overgeven of zo. Misschien word ik verstandiger met de jaren... Ik heb wel niet veel meer uitgespookt die dag behalve wat in mijn bed liggen en wat lezen. De volgende dag heb ik dan mijn ticket gereserveerd voor de ferry van Fukuoka naar Busan, Zuid-Korea, zodat ik eindelijk, na 2 maanden en een week, op mijn verjaardag Japan bye bye kon zeggen...